Dierentuin(Dieren) Co-habitatie

Dierentuin(Dieren) 
Deel 5, les1: Co-habitatie
1 / 15
next
Slide 1: Slide
DierverzorgingMBOStudiejaar 2,3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Dierentuin(Dieren) 
Deel 5, les1: Co-habitatie

Slide 1 - Slide

Vandaag:
Cohabitatie: 
- Wat is het?
- Voorbeelden.
- Waarom wel/niet?
- Hoe samen te stellen?

Slide 2 - Slide

Wat is het?
'Co-habitatie is het samenhouden van meerdere dieren in hetzelfde verblijf'
co = samen, habitatie = huisvesten (leven)

Slide 3 - Slide

Welke vormen van co-habitatie ken jij?
Vul ze hier in:

Slide 4 - Open question

Deze vormen komen ook in het wild voor.. 

Groepen, roedels en kuddes
Maar ook in de vorm van symbiose zoals mutualisme.

Slide 5 - Slide

Con-specific
Inter-specific

Slide 6 - Slide

Sleep de afbeelding naar het juiste woord. 
Con-specific
Inter-specific

Slide 7 - Drag question

Waarom niet?
Ruimte besparing, - dieren moeten elkaar uit de weg kunnen. Je hebt altijd back-up verblijven nodig.
Makkelijker, - stress, predatie, verschillende soorten voeding.
Controle: Meer observatie benodigd.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Waarom wel?
Interessant voor publiek
Representatie natuurlijk habitat/biotoop
Verrijking
Mutualisme / Symbiose

Slide 10 - Slide

Bekijk je lijst van co-habitatie varianten.
Welke overeenkomsten kan je vinden?

Slide 11 - Mind map

Waar aan te denken?
Dieet - Schuilplaatsen - Extra ruimte - Laagjes
- Niet op elkaar lijken (interspecific)
- Geen potentiele predatie of verstoring voor nestplaats

Slide 12 - Slide

Welke is volgens jou het belangrijkste?
Ruimte..
Niet op elkaar lijken.
Predatie potentieel
Dieet
Laagjes
Schuilplaatsen
Verzorger
Backup Ruimte

Slide 13 - Poll

Waarom zie we vooral co-habitaties met herbivoren/grazers?
A
Zelfde dieet type
B
Predatie
C
Laten elkaar met rust
D
Van nature in grote groepen

Slide 14 - Quiz

Zoek en deel je voorbeeld:
Dan gaan we samen kijken wat deze co-habitatie wel of niet doet werken.

Slide 15 - Open question