klantgesprek meubel leerjaar 2

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Wat weet jij al over het voeren van een klantgesprek?

In deze les leer je:

1. Afstemmen op de klant
2. Gespreksvaardigheden verbeteren
3. Doorvragen

Verkoop je Robotlamp

Zo moeilijk vond ik het om de lamp te verkopen

-1100

Wat was het doel van je gesprek?

Informatie verkrijgen

Informatie geven

 Beargumenteren

LSD

LUISTEREN - wat wordt er gezegd?

SAMENVATTEN - ook tussendoor samenvatten

DOORVRAGEN – ga verder in op het onderwerp om de juiste informatie te verkrijgen

Nog een keer:

Verkoop je Robotlamp, maar nu met een duidelijk doel voor ogen

Structuur

INLEIDING – welkom, doel (waarom is dit gesprek) en verloop (hoe is het gesprek opgebouwd)

KERN – heldere en logische opbouw

SLOT – herhaal de belangrijkste informatie en afspraken, leg de vervolgprocedure uit en maak eventueel een nieuwe afspraak

Situatie

STEM AF OP DE SITUATIE - formeel of informeel

REAGEER OP JE GESPREKSPARTNER- vraag naar meer informatie of naar de bedoeling

LET OOK OP NON-VERBALE SIGNALEN - lichaamstaal van jou en van je gesprekspartner

Woordgebruik

JE BESCHIKT OVER EEN GOEDE WOORDENSCHAT

JE KUNT VARIEREN IN DE FORMULERING – pas op voor stopwoorden:

    “zeg maar eigenlijk gewoon best wel een soort van tof ofzo, dus dat!”

TREFZEKER ZONDER AARZELINGEN

Vloeiend, verstaanbaar en met goede grammatica

SPREEK VLOEIEND ZONDER HAPERINGEN

SPREEK VERSTAANBAAR EN NIET TE SNEL

SPREEK MET GRAMMATICALE BEHEERSING – bijvoorbeeld:

 hen-hun-zij, als-dan, dat-wat, goede zinsbouw, de juiste uitdrukkingen

Nog een keertje dan...Verkoop je lamp.

Structuur

Situatie

Woordgebruik

Vloeiend, verstaanbaar en met goede grammatica

Doorvragen

Dus..... 

KLANTGESPREK: JIJ HEBT DE LEIDING EN GEEFT DE STRUCTUUR AAN

BEREID JE GESPREK GOED VOOR

HOUD JE AANTEKENINGEN EN MATERIALEN/STALEN ERBIJ

Wat zou je anders doen in je volgende klantgesprek?