woordjes oefenen toets klas 2

vertaal het woord in het Nederlands:
zus
A
schwester
B
Shwester
C
Schwester
D
chwaester
1 / 11
next
Slide 1: Quiz
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

vertaal het woord in het Nederlands:
zus
A
schwester
B
Shwester
C
Schwester
D
chwaester

Slide 1 - Quiz

Wat zie je in de achtergrond?
A
Haus
B
Villa
C
Hochhaus
D
Wohnung

Slide 2 - Quiz

Wat zie je op de achtergrond?
A
Badezimmer
B
badezimmer
C
Badezimer
D
Badenzimmer

Slide 3 - Quiz

Vertaal het woord huiswerk, let op lidwoorden!

Slide 4 - Open question

Wir wollen Hausaufgaben machen.
Ich muss ins Schwimmbad gehen. 
Ich will in den Zirkus gehen.
Wir müssen in die Schule gehen.
Wir wollen unsere Freunde treffen. 
Wir wollen Fußball spielen.
Ich will lesen. 

Slide 5 - Drag question

Vertaal: Mietwohung Küche
A
woning keuken
B
huurwoning badkamer
C
huurwoning keuken
D
huis keuken

Slide 6 - Quiz

vertaal moeder en schooldag, let op lidwoorden!

Slide 7 - Open question

Ich haben meine Hausaufgaben.........
A
vergesen
B
fergessen
C
verkessen
D
vergessen

Slide 8 - Quiz

Welche.....(vakken) hast du in der Schule?
Was ist dein........(lievelingsvak)?
A
Fecher lieblingsfach
B
fächer Lieblingsfach
C
Fäche Liebliengsfach
D
Fächer Lieblingsfach

Slide 9 - Quiz

Vertaal deze woorden in het Nederlands, zoek deze op in Kapitel 7 boek B:
schön, klein, riesengroß, modern, enttäuscht, Sauna, Badewanne

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide