Jamila spaart voor een keyboard. Ze is zuinig en het geld dat ze overhoudt, zet ze op een spaarrekening. Ze hoopt dat ze hiermee zo snel mogelijk een keyboard kan kopen.
Slide 2 - Slide
Uitgeven of sparen
Je hoeft niet te sparen, je kunt je geld ook uitgeven. Dat is misschien leuker, maar je hebt dan geen geld voor een onverwachte uitgave. En je hebt nooit geld voor een dure aankoop.
Slide 3 - Slide
Rente
De meeste spaarders zetten hun spaargeld op een spaarrekening. Dat is veiliger dan thuis sparen. Bovendien betaalt de bank interest over het spaargeld. ‘Interest’ is een ander woord voor rente. Je krijgt die rente omdat de bank jouw geld mag uitlenen aan andere klanten.
De hoogte van de rente wordt uitgedrukt in procenten. Een procent (1%) is een honderdste deel. Als de bank vier procent (4%) rente geeft, krijg je na een jaar vierhonderdste deel van je spaargeld aan rente. Je rekent eerst 1% van het spaarbedrag uit. De uitkomst vermenigvuldig je met het rentepercentage.
Slide 4 - Slide
Het rentebedrag
Banken bieden verschillende spaarrekeningen aan. Het kan voordelig zijn om goed te letten op de hoogte van de rentepercentages. Hoe hoger het rentepercentage, hoe meer rente je krijgt. Je krijgt ook meer rente als je het spaarbedrag verhoogt. Omdat het rentepercentage kan variëren, kan het spaarbedrag ook variëren.
Slide 5 - Slide
Tekst!!Spaarvormen
Je kunt meestal kiezen uit verschillende spaarvormen (afb. 34). Bij elke spaarvorm gelden andere regels. Bij sommige spaarvormen zet je het spaargeld langer vast. Dan is het rentepercentage meestal iets hoger. Soms krijg je bonusrente als je gedurende een bepaalde tijd niets van je spaargeld opneemt. Er zijn ook spaarvormen die een hoger rentepercentage geven als het spaarsaldo hoger is.
Slide 6 - Slide
Begrippen
sparen
Het opzijleggen van geld.
interest
Vergoeding voor het tijdelijk afstaan van geld.
rente
Een ander woord voor interest
rentepercentage
De hoogte van de rente, uitgedrukt in procenten.
Slide 7 - Slide
Begrippen
spaarvorm
Een manier van sparen met regels over het spaargeld, over het geld dat je mag opnemen en over het rentepercentage.
bonusrente
Extra rente, bijvoorbeeld als je het geld langer op de rekening laat staan.