6.1 Europa in delen

6.1 Europa in delen
H6 Eenheid en verdeeldheid
1 / 28
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

6.1 Europa in delen
H6 Eenheid en verdeeldheid

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  1. Hoe ziet Europa eruit?

gebiedskenmerken
bevolkingskenmerken
ligging

Slide 2 - Slide

Zuid Amerika
Australië
Europa
Noord Amerika
Azië
Afrika

Slide 3 - Drag question

Europa

Slide 4 - Slide

Indeling Europa
  • West-Europa;
  • Noord-Europa;
  • Oost-Europa;
  • Zuid-Europa;
  • Midden-Europa.

Slide 5 - Slide

West-Europa
Noord-Europa
Oost-Europa
Zuid-Europa

Slide 6 - Drag question

Europa bestaat uit veel landen

Land =  onafhankelijk gebied met een regering

Soms bestaat een land uit meerdere landen

Soms wordt een land beschermd en/of bestuurd door een ander land
 
Sommige gebieden zijn zelfstandig, maar geen land,
zoals Catalonië of Beieren (Bayern)

Soms wordt een land beschermd en/of bestuurd door een ander land

Slide 7 - Slide

Europa bestaat uit veel landen
Land: Verenigd Koninkrijk -> Onafhankelijk
Landen: Engeland, Schotland, Wales en Noord-Ierland
-> Allemaal niet onafhankelijk

Alle landen liggen in Europa

Slide 8 - Slide

Europa bestaat uit veel landen
Landen als Spanje en Duitsland bestaan uit zelfstandige regio's.
Ze zijn geen land, maar hebben wel een eigen regering.
Soms willen deze gebieden helemaal onafhankelijk worden.

Slide 9 - Slide

Ligging
Je kan Europa verdelen in vijf (of vier) gebieden:
Noord, West, Midden, Oost en Zuid

West-, Noord- en Zuid-Europa liggen aan zee
Midden- en Oost-Europa niet (of maar een klein beetje)
Midden-Europa wordt soms bij West-Europa gerekend.

Slide 10 - Slide

Gebiedskenmerken
Reliëf: Gebied met veel hoogteverschillen
Begroeiing: Bossen
Klimaat: Temperatuur

Slide 11 - Slide

Reliëf
Hoogte meten we van af zeeniveau (NAP)
Tot 200m : laagland
200m - 500m : heuvelland
500m-1500m : middelgebergte
1500m en hoger: hooggebergte

Slide 12 - Slide

Bevolkingskenmerken
Welvaart: Hoe rijk (of arm) zijn mensen?
Leeftijd: Hoe oud zijn mensen?
Bevolkingsdichtheid: hoeveel mensen wonen er?

Slide 13 - Slide

Bevolkingskenmerken
Gebiedskenmerken
Ligging
Zwitserland heeft geen kust.
Europa kent 24 officiële talen en veel streektalen
In Zuid-Europa is het warmer dan in Noord-Europa

Slide 14 - Drag question

Europa ingedeeld
Als je kijkt naar overeenkomsten of verschillen tussen gebieden of landen, is het handig om een indeling te maken. Je kunt Europa op verschillende manieren indelen. 
ligging
gebiedskenmerken
bevolkingskenmerken
bevolkingsdichtheid
gemiddeld aantal inwoners per m2
windstreek
klimaat
hoogte van een gebied
hoeveel mensen wonen er in een gebied
taal
godsdienst
Welvaart 

Slide 15 - Drag question

Welke religie is in Europa het grootst?
A
Boeddhisme
B
Christendom
C
Jodendom
D
Islam

Slide 16 - Quiz

Wat is de grootste stad van Europa?
A
Amsterdam
B
Parijs
C
Moskou
D
Londen

Slide 17 - Quiz

Welk land ligt niet in Europa?
A
Verenigd Koninkrijk
B
Duitsland
C
Verenigde Staten
D
België

Slide 18 - Quiz

Welk begrip gebruik je voor het gemiddeld aantal inwoners per vierkante kilometer.
A
bevolkingskenmerk
B
bevolkingslaag
C
bevolkingsaantal
D
bevolkingsdichtheid

Slide 19 - Quiz

Bevolkingsdichtheid

Hoeveel mensen leven er in een land?

En hoe groot is het land?

Hoeveel mensen per vierkante kilometer
(km2)

Slide 20 - Slide

Welvaart is een voorbeeld van een bevolkingskenmerk.
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Reliëf gaat over de ligging van een land.
A
juist
B
onjuist

Slide 22 - Quiz

Wat valt onder het begrip: bevolkingskenmerken?
A
Een tropisch klimaat
B
De hoogte van een gebied
C
De grootte van een land
D
Taal, godsdienst en welvaart

Slide 23 - Quiz

Noord-Europa
West-Europa
Midden-Europa
Oost-Europa
Zuid-Europa
Noord-Europa
Nederland
Italië
Zweden
Frankrijk
Italië
Portugal
Oekraine
Polen

Slide 24 - Drag question

Laagland 
(tot 200m boven NAP)
Heuvelland (200m - 
500m boven NAP)
Middelgebergte (200m - 1500m boven NAP)
Hooggebergte (1500m en hoger boven NAP)

Slide 25 - Drag question

Hoe meet je de bevolkingsdichtheid?
A
Het aantal mensen
B
De grootte van het land
C
Het aantal mensen gedeeld door de grootte van het land
D
Het aantal mensen gedeeld door het aantal woonplaatsen

Slide 26 - Quiz

Begrippen uit deze les
  • (Onafhankelijk) land
  • Ligging
  • Reliëf
  • Klimaat
  • Laagland
  • Heuvelland
  • Middelgebergte
  • Hooggebergte
  • Klimaat
  • Bevolkingsdichtheid
  • Alpen

Slide 27 - Slide

Zijn er nog dingen die je nog niet helemaal hebt begrepen?

Slide 28 - Open question