Spelling blok 3 3.7 en 3.8 Anette

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

SPELLING 

BLOK 3  BLZ 106 

Doelen

Korte klank

Woorden met een korte klank, houden die korte klank als je ze langer maakt. --> zelfde medeklinker toevoegen

• rem -->     e= korte klank, dus remmen
• zit -->         i= korte klank, dus zitten
• bus -->      u= korte klank, dus bussen

Lange klank

Woorden met een lange klank, houden die lange klank als je ze langer maakt. --> klinker weghalen.

• school -->       o= lange klank, dus scholen
• raam -->           a= lange klank, dus ramen 
• muur -->           u= lange klank, dus muren

lesuuren / lesuren

1. lesuuren
2. lesuren

appelbomen / appelboomen

1. appelbomen
2. appelboomen

kipen / kippen

1. kipen
2. kippen

straaten/ straten

1. straaten
2. straten

paardenst...en

1. al
2. all

melkfl...en

1. es
2. ess

knuffelb...ten

1. ees
2. es

lantarenp...en

1. al
2. aal

Wat is de juiste spelling?

1. lineaal
2. liniaal
3. lieniaal
4. linieaal

Wat is de juiste spelling?

1. lineaal
2. liniaal
3. lieniaal
4. linieaal

Wat is de juiste spelling?

1. polietie
2. politi
3. polieti
4. politie

Wat is de juiste spelling?

1. Eskiemo
2. Eskimoo
3. Eskimo
4. Eskiemoo

Wat is de juiste spelling?

1. activiteit
2. activieteit
3. actieviteit
4. actievieteit

Wat is de juiste spelling?

1. miniemaal
2. minimaal
3. mienimaal
4. mieniemaal

Wat is de juiste spelling

1. plesier
2. pleizier
3. plezier
4. plezir

Wat is de juiste spelling?

1. weerspigeling
2. weerspigelling
3. weerspiegelling
4. weerspiegeling

Wat is de juiste spelling?

1. doonatie
2. donatie
3. donati
4. donaatie

Wat is de juiste spelling?

1. vakantie
2. vakanti
3. vakaantie
4. vaakantie

HUISWERK

maken opdracht 16 en 17 blz 107 in de online methode of in je schrift 

nakijken huiswerk opdr 16 en 17 

3.8 i of ie? blz 108

https:

https:

HUISWERK