Les 14: Quiz H2

1 / 36
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Verwering door hitte, vorst en druk is.....
A
Mechanische verwering
B
Chemische verwering

Slide 2 - Quiz



Erosie
A
endogene kracht
B
exogene kracht

Slide 3 - Quiz

wat is een aanslibbingskust?

A
Kust waarbij de afzetting van materiaal overheerst.
B
een kust waarbij er veel wind is maar weinig golven
C
een kust waarbij weinig wind is en veel golven
D
een kust met veel vogels

Slide 4 - Quiz

Bovenloop
A
Eerste deel van een rivier van de bron
B
Laatste deel van een rivier door de monding
C
Middelste deel van een rivier
D
Tussen deel van een rivier

Slide 5 - Quiz

Verwering is een
A
Endogene kracht
B
Exogene kracht

Slide 6 - Quiz

wat is een kustduin?
A
een hoop zand dat door de zee op een bult terecht is gekomen
B
een duin die is aangelegd door mensen.
C
Zandbank die door de branding is opgeworpen
D
een duin die is ontstaan door dat de wind alles op een hoopje heeft geblazen

Slide 7 - Quiz

Mechanische verwering en chemische verwering, zijn hetzelfde?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

In de Ardennen vindt verwering plaats. Wat is verwering?
A
Het uiteenvallen van gesteente onder invloed van weer en plantengroei.
B
Het uitschuren van hard gesteente door verweringsmateriaal.
C
Het uitschuren van hard gesteente door water, ijs of wind.
D
Het afschuren van hard gesteente door water, ijs of wind

Slide 9 - Quiz

De hoogte en kracht van golven wordt niet bepaald door:........
A
Windkracht
B
Tijd dat het waait
C
Zoet of zout water
D
Het wateroppervlak

Slide 10 - Quiz

Wat wordt er gesedimenteerd in de middenloop?
A
Grind
B
Zand
C
Klei

Slide 11 - Quiz

De bovenloop van de rijn heeft een:
A
Lage stroomsnelheid, weinig erosie
B
Hoge stroomsnelheid, weinig erosie
C
Hoge stroomsnelheid, veel erosie
D
Lage stroomsnelheid, veel erosie

Slide 12 - Quiz

De Rijn is een
A
gemengde rivier
B
Regenrivier
C
IJsrivier
D
Smeltwaterrivier

Slide 13 - Quiz

De Rijn stroomt hier door een...
A
Horst
B
Slenk

Slide 14 - Quiz

hoe noem je de plek waar het smeltwater van een gletsjer uit de gletsjer stroomt?
A
gletsjerpoort
B
gletsjertunnel
C
firnbekken
D
gletsjerrivier

Slide 15 - Quiz

In de bovenloop is de Rijn vooral gevuld met smeltwater, de Rijn is daar een...........?
A
Smeltwaterrivier
B
Gletsjerrivier
C
Regenrivier
D
Gemengde rivier

Slide 16 - Quiz

Wat is een delta?
A
Een moeras
B
Bepaald soort rivier dat door de bergen stroomt
C
Water stroomt terug de zee in via (zij)rivieren
D
Niks met water te maken

Slide 17 - Quiz

In de benedenloop is veel sedimentatie
A
doordat het laag is
B
door de lage stroomsnelheid
C
door de zware stenen
D
omdat het vlakbij zee is

Slide 18 - Quiz

Wat hoort NIET bij de bovenloop?
A
Stroomt snel
B
Bevat weinig water
C
Erosie
D
Sedimentatie

Slide 19 - Quiz

Wat hoort NIET bij de benedenloop?
A
Veel water
B
Meanderen
C
Erosie
D
Sedimentatie

Slide 20 - Quiz

Wat hoort NIET bij de middenloop?
A
Stroomt rustiger
B
Bevat weinig water
C
Erosie
D
Sedimentatie

Slide 21 - Quiz

De Engelse klifkust is ook een ...
A
aanslibbingskust
B
afbraakkust

Slide 22 - Quiz

Hoe heet het gletsjerpuin dat onder een gletsjer ligt?

A
Grondmorenen
B
Grondpuin

Slide 23 - Quiz

De benedenloop:
A
Stroomt de rivier snel, sedimentatie, meanders
B
Stroomt de rivier traag, erosie, meanders
C
Stroomt de rivier traag, sedimentatie , meanders
D
Stroomt de rivier snel, meanders, erosie

Slide 24 - Quiz

Wat is een middenloop?
A
bovenste deel van een rivier in de alpen
B
middelste deel van de rivier, tussen de boven en beneden loop
C
een berg tussen de 500 en 1000m hoogte
D
een plateau in een middelgebergte

Slide 25 - Quiz

Wat veroorzaakt golven?
A
ijs
B
Dieren in het water
C
Wind
D
Zeebodem

Slide 26 - Quiz

Hoe ontstaat een gletsjer?
A
Door samengeperst sneeuw
B
Door veel regen
C
Door koud weer
D
Door veel neerslag

Slide 27 - Quiz

waar breken golven
A
in diep water
B
in ondiep water

Slide 28 - Quiz

Wat heeft EROSIE met de vorming van zo'n klifkust te maken
A
Erosie zorgt juist niet voor een klifkust
B
Erosie slijt de kust af
C
Erosie vormt een aanslibbingskust
D
Erosie slijt het zachte gesteente sneller uit dan het harde

Slide 29 - Quiz

Wat is waar over een klifkust?
A
Meer sedimentatie dan erosie
B
Erosie en sedimentatie zijn in evenwicht.
C
Meer erosie dan sedimentatie

Slide 30 - Quiz

Een exogene kracht is erosie, wat is er nodig voor erosie?
A
Wind, water of ijs
B
Materiaal in wind water of ijs
C
Hoge temperaturen
D
Gesteente

Slide 31 - Quiz

Wat zijn gletsjers?
A
Sneeuw die nooit smelt
B
een ijsmassa die beweegt
C
De bergtoppen
D
een afgelikt soft-ijsje

Slide 32 - Quiz

De Rijn begint in
A
Oostenrijk
B
Duitsland
C
Nederland
D
Zwitserland

Slide 33 - Quiz

Een gletsjer ontstaat in een ...
A
morene
B
dal
C
firnbekken
D
gletsjertunnel

Slide 34 - Quiz

Wat is: Benedenloop
A
Eerste deel van een rivier van de bron
B
Laatste deel van een rivier door de monding
C
Middelste deel van een rivier
D
Tussen deel van een rivier

Slide 35 - Quiz

Erosie is;
A
Materiaal dat is ontstaan door afbraak
B
Verweringsmateriaal
C
Afschuren van het aardoppervlak
D
Het neerleggen van sediment

Slide 36 - Quiz