reflexieve verba

reflexieve verba
les 1 en 2
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

reflexieve verba
les 1 en 2

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Wat doen we vandaag? Opmaat
- woorden oefenen thema 8
- onregelmatige werkwoorden S oefenen 
- uitspraakoefening B/W
- lezen fictie
- toets thema 6 bespreken
- reflexieve  verba (wederkerende vnw): mk oef. 13, 14, 15 en 16 blz. 230
Huiswerk donderdag 12 oktober: toets thema 7, verslag bibliotheek.
Huiswerk maandag 23 oktober: onregelmatige werkwoorden T, V leren.

Slide 3 - Slide

Wat doen we vanmorgen? Sprong
- woorden oefenen thema 7
- onregelmatige werkwoorden S oefenen
- uitspraakoefening: B/W
- toets bespreken 
- nakijken en verder werken De Sprong / Shahed schrijfopdracht

Huiswerk maandag 23 oktober: onregelmatige werkwoorden S

Slide 4 - Slide

Uitspraakoefening 

1. wol - wol
2. bijt - wijd
3. bang - bang
4. bad - wat
5. wind - bind
6. baak - waak
7. week - week
8. wak - bak
9. beet - beet
10 best - west
Wat hoor je? Gelijk of ongelijk?

11. woelen - woelen
12. baarden - baarden
13. borden - worden
14. wassen - bassen
15. wonen - wonen
16. bloemen - bloemen
17. bikken - wikken
18. weten - beten
19. wonden - bonden
20 winnen - winnen

Slide 5 - Slide

oefenen w/b
stel elkaar vragen:
1. Hou je van wandelen?
2. Drink je graag een glas wijn?
3. Zijn de winkels open?
4. Heeft u in het buitenland gewerkt?
5. Bent u bang voor beren?

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 8 - Slide

Reflexieve pronomen
les 2

Slide 9 - Slide

Wat gaan we doen? Opmaat
- herhalen woorden thema 7
- herhalen wedekerend vnw (wed vnw) (vorige les)
- kennismaken met Elkin, Maja en Muaz

- herhalen grammatica thema 7: 
         - oef. 24 blz. 305 (instructie geven)
         - oef. 31, 32 blz. 314 (indirecte rede)
         - oef. 14 blz. 289 (perfectum)
         - oef. 17 blz. 296 (scheidbare ww)
- toets thema 7
- Nieuwsbegrip

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Ik vergis ...
A
ik
B
me

Slide 12 - Quiz

Hij bedenkt ........
A
zich
B
hem

Slide 13 - Quiz

Jij spant ........ in voor anderen.
A
zich
B
je

Slide 14 - Quiz

Zij haasten ......
A
zich
B
je

Slide 15 - Quiz

Jullie wassen .......
A
je
B
jullie

Slide 16 - Quiz

Het coronavirus heeft ..... in 2020 verspreid.
A
het
B
zich

Slide 17 - Quiz

Wij hebben ..... verveeld.
A
ons
B
jullie

Slide 18 - Quiz

Stelt u ....... eens voor!
A
u
B
zich

Slide 19 - Quiz

Heeft hij ....... gestoten?
A
zich
B
hem

Slide 20 - Quiz

Hebben jullie ........ verslikt?
A
ons
B
je

Slide 21 - Quiz

Heeft hij ....... gehaast?
A
hem
B
zich

Slide 22 - Quiz