2N Par 3.2 Wie is de baas?

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Leerdoelen

• Vertellen wat het verschil is tussen een werkgever en een werknemer.​
• Uitleggen wat een arbeidsovereenkomst is.
• Duidelijk maken dat er vaste, tijdelijke en flexibele banen zijn.​

Werkgever:

• de "baas"
• heeft één of meerdere personen in dienst 
• verdient geld door winst te maken

Werknemer:

• je doet betaald  werk in dienst van een "baas"

Wat is een werkgever?

Welke stappen zijn er als je wil gaan werken?

• Vacature
• Solliciteren
• Aangenomen
• Afspraken vastleggen en ondertekenen

• Arbeidsovereenkomst: 
  
• Arbeidsvoorwaarden -> hoeveel uur werk je, wat is je loon, aantal vakantiedagen, proeftijd

Proeftijd:

• Bevalt het de werkgever en -nemer?
• Beiden mogen direct de arbeidsovereenkomst beëindigen
• Maximaal 2 maanden

Aan de slag

Wat? Maken samenvattende vragen par 3.2 -> 11 t/m 21

Hoe? Individueel

Hulp? 3.2 nogmaals lezen -> toch lastig? Hulp vragen aan de docent

Klaar: Maken herhalingsopdrachten blz. 

Tijd? 10 minuten

Resultaat: Je hebt de lesdoelen behaald.

Tijdelijke baan:

• voor een bepaalde tijd
• tot afgesproken einddatum

Vaste baan:

• voor on-bepaalde tijd
• er is geen einddatum

Flexibele baan:

• je werkt wanneer je nodig bent
• oproepkracht uitzendbureau

Opgave 21

Afmaken 3.2

Wat? Afmaken opdrachten 17 t/m 26

Hoe? Individueel

Hulp? 3.2 nogmaals lezen -> toch lastig? Hulp vragen aan de docent

Klaar: Doorgaan met Rekenen (blz 94)

Tijd: Tot dat ik de les ga afronden.

Resultaat: Je hebt de lesdoelen behaald.

Aan het werk!!

6.1 opgaven 2, 4, 6

herhaling blz 178 opg. 1 t/m 4

Leren begrippen 6.1

Aan het werk!!

            (af) maken samenvattende vragen (SV) par. 3.2 opdr. 11 t/m 22

            Wat vond jij van de lesstof?

                                                          lastig          of              makkelijk

1

2

Zijn leerdoelen behaald?

• Vertellen wat het verschil is tussen een werkgever en een werknemer.​
• Uitleggen wat een arbeidsovereenkomst is.
• Duidelijk maken dat er vaste, tijdelijke en flexibele banen zijn.​

Huiswerk:

Afmaken:

paragraaf 3.2