De trappen van vergelijking

Tekst
Trappen van vergelijking
1 / 15
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3,4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 25 min

Items in this lesson

Tekst
Trappen van vergelijking

Slide 1 - Slide

Trappen van vergelijking
meestal net als in het Nederlands:

stellende trap: klein
 vergrotende trap: kleiner
 overtreffende trap: kleinst

maar als het woord op een -d, -t of een s-klank (-s, -ss, -ß, -x, -z) eindigt krijgt de overtreffende trap een extra e:

stellende trap: breit
vergrotende trap:breiter
 overtreffende trap: breitest
stellende trap: heiß
vergrotende trap:heißer
overtreffende trap: heißest

Slide 2 - Slide

Wörter mit Umlaut
Sommige woorden krijgen een Umlaut:
stark-stärker-stärkst
alt-älter-ältest
lang-länger-längst

Dit gebeurt vaak bij woorden met 1 lettergreep. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Meine Schwester ist ...
als ich!
A
kleinest
B
kleinerest
C
kleiner
D
klein

Slide 5 - Quiz

Dein Buch ist ... als mein Buch.
A
neuere
B
neuer
C
neurer

Slide 6 - Quiz

kies de vergrotende trap:
gern, ...
A
gerner
B
lieber

Slide 7 - Quiz

kies de overtreffende trap:
gut ...
A
am besten
B
besser

Slide 8 - Quiz

Jan ist lang, Johen ist ...aber Fritz ist am längsten
A
langer
B
länger

Slide 9 - Quiz

Vertaal in het Duits:
Zij koopt meer dan hij.

Slide 10 - Open question

Vertaal in het Duits:
Mijn broer is groter dan mijn zus.

Slide 11 - Open question

Vertaal in het Nederlands:
Die Weihnachtsferien sind länger als die Herbstferien.

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Slide 15 - Link