2F. Schaal berekenen

Rekenen met een schaal






1 / 12
next
Slide 1: Slide
RekenenBasisschoolGroep 7

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Rekenen met een schaal






Slide 1 - Slide

DOEL VAN DE LES
  1. Ik weet wat het begrip schaal inhoudt
  2. Ik begrijp wat  ‘1 op ...’ betekent

  3. Ik kan bepalen op welke schaal iets is afgebeeld
  4. Ik kan rekenen met schaal en de schaal berekenen
  5. Ik kan dat m.b.v. een verhoudingstabel 

Slide 2 - Slide

schaal berekenen

Slide 3 - Mind map

Waarom is het handig om met schaal te kunnen rekenen?


Welke maateenheid wordt altijd voor de schaal gebruikt?

Slide 4 - Slide

Rekenen met de schaal 
500.000 cm = ............km?

0,25 km = ..........cm?

Slide 5 - Slide

Juf doet het voor!

De schaal is 1 : 100 m
(1 cm = 100 m)
Wat is de werkelijke afstand 
van 5 cm op de kaart?

Stap 1
5 cm op de kaart is in werkelijkheid 
5 x 100 m = 500 m

Stap 2
De werkelijke afstand is 500 m




Slide 6 - Slide

Plattegrond

Slide 7 - Slide

Hoe bereken je de schaal?
nu andersom...
in drie stappen.......

Slide 8 - Slide

Juf doet het voor!
5 cm op de kaart is in werkelijkheid 100 m
Wat is de schaal?
Stap 1
zet m om naar cm
5 cm = 10 000 cm
Stap 2
Gebruik dan een verhoudingstabel
5 cm = 10 000 cm
1 cm =   2000 cm
Stap 3
Bepaal de schaal
schaal is 1 : 2000




Slide 9 - Slide

Een modelauto is 10 cm.
In het echt is de auto 4 m.
Wat is dan de schaal?

Slide 10 - Open question

Aan het werk
Maken werkblad
H11 Schaal
in Magister bij huiswerk

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide