This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Oefenen TOA
Slide 1 - Slide
Ahmed woont in Nederland. Hij spreekt af met zijn vrouw dat ze elke dag bulgur en aardappelen gaan afwisselen. De eerste dag eten ze bulgur. Wat eten ze op de zesde dag?
A
bulgur
B
aardappelen
Slide 2 - Quiz
Wat betekent de 3 in 6,53 meter?
A
3 centimeter
B
3 decimeter
C
3 meter
Slide 3 - Quiz
De familiefoto hangt boven de bank. Welke vorm heeft de foto?
A
een driehoek
B
een vierkant
C
een rechthoek
D
een cirkel
Slide 4 - Quiz
In de kantine staan 5 tafels. Aan elke tafel staan 6 stoelen. Hoeveel mensen kunnen hier zitten?
Slide 5 - Open question
deel van de pizza is op. Is dit meer dan, minder dan of gelijk aan de helft?
53
A
meer dan de helft
B
minder dan de helft
C
gelijk aan de helft
Slide 6 - Quiz
Wat is de 7 waard in € 97,45?
A
7 cent
B
70 cent
C
7 euro
D
70 euro
Slide 7 - Quiz
Hoeveel procent is gelijk aan
21
A
1 procent
B
2 procent
C
20 procent
D
50 procent
Slide 8 - Quiz
56 : 7 =
Slide 9 - Open question
Welke kleur hebben de wegen op de plattegrond?
A
blauw
B
grijs
C
groen
D
wit
Slide 10 - Quiz
Wat is de lengte van het tafelblad?
Slide 11 - Open question
Welke deel hoort op de pijl?
A
een half
B
een kwart
C
driekwart
D
een derde
Slide 12 - Quiz
Welke maat gebruik je om de inhoud te meten?
A
meter
B
liter
C
gram
Slide 13 - Quiz
In V16 zitten 16 leerlingen. De helft komt met de bus, 25% komt met de fiets.
Hoe komen de meeste leerlingen op school?
A
met de fiets
B
met de bus
Slide 14 - Quiz
Mahmoud speelt elke dag driekwartier gitaar. Hoeveel minuten speelt hij gitaar?
Slide 15 - Open question
Druiven in de winkel kosten € 1,50 per kilo. Emir koopt 2 trossen, deze wegen samen 2 kilogram.
Wat moet Emir betalen?
Slide 16 - Open question
Het aantal parken in:
Utrecht
Rotterdam
Amsterdam
Den Haag
A
Utrecht heeft de meeste parken
B
Rotterdam heeft de meeste parken
C
Amsterdam heeft de meeste parken
D
Den Haag heeft de meeste parken
Slide 17 - Quiz
31
41
21
51
een derde
de helft
een kwart
een vijfde
Slide 18 - Drag question
De wandelvereniging Lekker Lopen heeft
643 leden. 598 leden zijn vrouw.
Hoeveel mannen zijn lid van de vereniging?
A
41
B
45
C
141
D
145
Slide 19 - Quiz
Wat is het meest?
A
8 - 3
B
6 - 2
C
9 - 3
D
7 - 5
Slide 20 - Quiz
Wat is het minst?
A
8 + 3
B
6 + 4
C
9 + 4
D
7 + 5
Slide 21 - Quiz
Hoeveel is 6 waard in € 461,23?
A
60 cent
B
6 euro
C
60 euro
D
600 euro
Slide 22 - Quiz
Een groenteboer heeft 35 mandarijnen, hij doet ze per 5 stuks in zakjes. Hoeveel zakjes kan de groenteboer vullen?
Slide 23 - Open question
63 : 7 =
Slide 24 - Open question
Welke maat wordt gebruikt voor inhoud?
A
meter
B
gram
C
liter
D
euro
Slide 25 - Quiz
De getallen 6, 12, 29 en 36 staan achter elkaar.
Welk getal staat vooraan?
A
6
B
12
C
29
D
36
Slide 26 - Quiz
Jan moet een reeks getallen aanvullen. 1 - 2 - 4 - 7 - 11 - 16 - 22 - ....
Wat is het volgende getal in de reeks?
Slide 27 - Open question
36 + 25 =
Slide 28 - Open question
Slide 29 - Slide
Een grote pizza is in 12 stukken gesneden. Mahmut eet 9 stukken op.
Welk deel van de pizza heeft Mahmut opgegeten?
A
32deel
B
92deel
C
43deel
D
54deel
Slide 30 - Quiz
43dl
41dl
-
=
A
41dl
B
31dl
C
21dl
D
81dl
Slide 31 - Quiz
65dl
21dl
-
=
A
31dl
B
41dl
C
61dl
D
121dl
Slide 32 - Quiz
51
Wat is deel van € 100,-?
Slide 33 - Open question
Zes vrienden willen de rekening eerlijk verdelen.
Wat is een zesde deel van € 246,-?
Slide 34 - Open question
Wat is 75% van 80?
Slide 35 - Open question
Wat is 75% van 40?
Slide 36 - Open question
43
Hoeveel is deel van € 32,-?
Slide 37 - Open question
52
Hoeveel is deel van € 20,-?
Slide 38 - Open question
43
Hoeveel is deel van € 16,-?
Slide 39 - Open question
Als je lasagne maakt voor 4 personen, is 300 ml melk nodig.
Hoeveel milliliter melk moet je toevoegen om lasagne voor 12 personen te maken?
Slide 40 - Open question
Moeder wil nieuwe vloerbedekking in de kamer. Het tapijt kost 15 euro per vierkante meter. De kamer is 6 meter lang en 4 meter breed. Wat moeten ze betalen voor de nieuwe vloerbedekking?