480-1500:
middeleeuwen: theocentrisch
1500-1700: renaissance: herontdekking klassieke oudheid, reformatie en antropocentricisme
1700-1800: verlichting, rationalisme, Frans-classicisme en pre-romantiek: optimisme, kritisch verstand
1800-1900: romantiek: vlucht in het verleden, humor, nationalisme, protest, bedwelmende godsdienstbeleving