7.1 Verlichting

7.1 Verlichting
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

7.1 Verlichting

Slide 1 - Slide

Denk na over waar de Verlichting voor stond. Waar wilden de Verlicht denkers mee afrekenen?
A
De ratio (het verstand)
B
Altijd luisteren naar de kerk
C
De mens is van nature goed
D
De macht van het volk

Slide 2 - Quiz

Wat is de Verlichting?
A
Een nieuwe manier van denken
B
Ander woord voor wetenschappelijke revolutie
C
De Renaissance
D
Emotioneel redeneren

Slide 3 - Quiz

Verlichtingsideeën
Montesquieu
Rousseau
Locke
Trias politica
Volkssoevereiniteit
Natuurlijke rechten

Slide 4 - Drag question

Montesqieu
Rousseau
Voltaire
Trias Politica
Volkssoevereiniteit
Deïsme

Slide 5 - Drag question

Trias Politica 
Wetgevende macht 
Uitvoerende macht 
Rechtelijke macht 

Slide 6 - Drag question

Wat verstaat Rousseau onder volkssoevereiniteit?

Slide 7 - Open question

Wat zou Rousseau hebben gevonden van het absolutisme?

Slide 8 - Open question

Waarom wordt de 18e eeuw ook wel de pruikentijd genoemd?

Slide 9 - Open question

Wat wordt er bedoeld met rationalisme?

Slide 10 - Open question

De econoom Adam Smith vond dat...
A
... De overheid regels voor de economie moest invoeren
B
... ondernemers zich moesten houden aan de volkssouvereiniteit
C
... je de markt vrij moest laten (laissez-faire)
D
... er mercantilistisch beleid moest worden ingevoerd.

Slide 11 - Quiz

GODSDIENST
ECONOMIE
POLITIEK 
SOCIALE VERHOUDINGEN
Adam Smith
Montesquieu
John Locke
Rousseau
Rousseau
Volkssoevereiniteit 
Vrije markt 
Gelijkheid
Voltaire
Deisme   

Slide 12 - Drag question

Voltaire
Jean-Jacqeus
Rousseau
John Locke
Charles Montesquieu

Slide 13 - Drag question

Wat zei John Locke niet?
A
Volk moest alle macht hebben
B
Vorst kreeg macht van het volk
C
Vorst moest burgers beschermen
D
Vorst mocht afgezet worden door volk

Slide 14 - Quiz

Waar had Voltaire kritiek op?
A
Dat de aarde niet plat is
B
Dat de kerk het gedrag van mensen moest bepalen
C
De macht niet bij één persoon moet liggen
D
Dat mensen geen gelijke regels hebben

Slide 15 - Quiz

Wat was een belangrijk standpunt van Voltaire?
A
God bemoeit zich niet met de wereld.
B
Mensen moeten zelf nadenken.
C
Iedereen wordt gelijk geboren.
D
Vrijheid van meningsuiting

Slide 16 - Quiz