Rekenen decimale getallen delen en vermenigvuldigen.

NU rekenen decimale getallen, vermenigvuldigen en delen.
1 / 14
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 2

This lesson contains 14 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

NU rekenen decimale getallen, vermenigvuldigen en delen.

Slide 1 - Slide

Uitleg.
Vermenigvuldigen met 10, 100, 1000, enzovoort

Bij het vermenigvuldigen van decimale getallen met 10 verschuift de komma 1 plaats naar rechts.
Bij vermenigvuldigen met 100 verschuift de komma twee plaatsen naar rechts.
Bij vermenigvuldigen met 1000 verschuift de komma drie plaatsen naar rechts.

Maar wat bedoelen we nu hiermee?



Slide 2 - Slide

Uitleg
Bij het vermenigvuldigen van decimale getallen met 10 verschuift de komma 1 plaats naar rechts ==>:
12,13 x 10 = 121,3 

Bij het vermenigvuldigen van decimale getallen met 100
verschuift de komma 2 plaatsen naar rechts ==>
12,13 x 100 = 1213





Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Rekenen met een komma getal. Waar plaats ik de komma?
Bij het vermenigvuldigen met decimale getallen plaats je de komma nadat je klaar bent met rekenen. 

Je rekent eerst je som uit, zonder komma's. 

Slide 5 - Slide

Rekenen met een komma getal
We gaan aan de slag met de som: 1,4 x 1,3.

Je rekent eerst de som uit zonder komma's.
14 x 13 = 182.

In de som, stonden 2 komma's. Deze plaats je terug door van rechts naar links terug te tellen:
1,82. (nu staan er weer 2 cijfers achter de komma)

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Aan de slag 
1/2f: aan de slag met paragraaf 3.4
2F aan de slag met 3.2

Slide 8 - Slide

Delen door 10, 100, 1000

Bij het delen van een decimaal getal door 10 verschuift de komma één plaats naar links.

Bij delen door 100 verschuift de komma twee plaatsen naar links.

Bij delen door 1000 verschuift de komma drie plaatsen naar links.

Maar hoe dan!?? 


Slide 9 - Slide

Delen door 10, 100, 1000
157,3 : 10 = 15,73

157,3 : 100 = 1,573

157,3 : 1000 = 0,1573

<== KOMMA gaat naar LINKS!

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Maar hoe deel je nu 2 decimale getallen?


Net zoals vermenigvuldigen, deel de soms eerst zonder komma's en plaats daarna de komma's terug!

Bijv: 
46,4 : 4 

Slide 12 - Slide

Samengevat:

 eerst delen zonder komma's en daarna de komma's terug!

Slide 13 - Slide

Aan de slag
1/2f aan de slag met paragraaf 3.5. 
Klaar dan aan de slag met de gemengde opdrachten.

2F aan de slag met 3.3
Klaar? vergeet de volgende les niet!

Slide 14 - Slide