3basis 3.5 en 3.6

3.5 Fase van stoffen en 
3.6 Zuren en basen


Met herhaling van 3.1 tm 3.4
1 / 23
next
Slide 1: Slide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

3.5 Fase van stoffen en 
3.6 Zuren en basen


Met herhaling van 3.1 tm 3.4

Slide 1 - Slide

Planning
* herhaling 3.1 tm 3.4 (lesson up)
* theorie
* zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Ijsklontjes
We stoppen het ijsklontje in een beker glas.

Slide 3 - Slide

Sleep de goede afkorting naar het juiste metaal.
Cadmium
Goud
Ijzer
Koper
Kwik
Lood
Hg
Cd
Pb
Au
Cu
Fe

Slide 4 - Drag question

Hoe noemen we het aantasten van metalen door zuur, zuurstof of water? bijvoorbeeld roest

Slide 5 - Open question

Hoe heet dit niet-metaal?

Slide 6 - Open question

Uit welke gassen bestaat lucht?
A
Stikstof en zuurstof
B
Stikstof, zuurstof en andere gassen
C
Waterstof, stikstof en andere stoffen
D
Helium en chloor

Slide 7 - Quiz

Een molecuul is al klein, maar wordt opgebouwd uit nog kleinere deeltjes. Hoe heten deze kleinere deeltjes?
A
Verbindingen
B
Fantomen
C
Elfjes
D
Atomen

Slide 8 - Quiz

Als je 2 H atomen en 1 O atoom samenvoegd, welke stof krijg je ? (geef de naam)

Slide 9 - Open question

3.5 Fase van stoffen
3 fasen:
* vast, vloeibaar en gas

Vast; moleculen hebben een vaste plek
vloeibaar; moleculen zitten aan elkaar vast, maar geen vaste plek
gas; zitten allemaal los van elkaar

Slide 10 - Slide

Ijsklontje
In welke fase zit het ijsklontje nu?

Slide 11 - Slide

3.6 zuren en basen
Zuur? citroensap, azijn. Dat kun je proeven.
Maar hoe weet je van een onbekende stof of die zuur is?
Blauw lakmoes!
Door het zuur wordt het papiertje rood

1 minuut

Slide 12 - Slide

Zwavel-zuur
In een accu zit zwavel-zuur, door dit zuur samen met de andere stoffen in een accu ontaat elektriciteit.
Dit is een erg sterk zuur, hiervan kan je brandwonden krijgen.

Bepaalde zuren zijn zo sterk dat je er goud in kan oplossen.

Slide 13 - Slide

Meten hoe zuur een zuur is
Met blauw lakmoes kunnen we zien of een stof zuur is, maar met een UNIVERSEEL INDICATOR-PAPIER kunnen we meten hoe zuur een zuur is.
Dit meten we in pH. Dit gaat van 1 tot 14.
Zuren zitten tussen de 1 en 7 pH. 
Het pH van water is 7 pH en dus het middelpunt.

Slide 14 - Slide

Zeep
Het tegenovergestelde van een zuur is basisch. Daar is zeep een voorbeeld van. Zeep lost het vet van je handen op, bij het handen wassen. Oplossingen die ontvetten, zijn basisch.
Een basische oplossing mag je nooit proeven, dit kan je slokdarm en maag beschadigen.
We kunnen met rood lakmoes een basische oplossing herkennen.


Slide 15 - Slide

Sterke base
Je moet voorzichtig zijn met basische oplossingen, sommige zijn niet zo sterk zoals zeep, die maken alleen je handen droog.
Maar sterke basen kunnen je huid verbranden.
Natronloog, gootsteen-ontstopper, is zo'n sterke base. Pas hier dus mee op!
Een base heeft een pH van 7 t/m 14. Hoe hoger het getal hoe sterker de base.

Slide 16 - Slide

Een zuur kan ik herkennen door ... lakmoes papier?
A
rood
B
blauw

Slide 17 - Quiz

De pH kan ik meten met een ... ?
A
pH herkenner
B
universeel papier-indicator
C
universeel indicator-papier
D
pH papier

Slide 18 - Quiz

Welke pH waarde kan horen bij een zuur?
A
3
B
7
C
10
D
13

Slide 19 - Quiz

Welke pH waarde kan horen bij een base?
A
1
B
4
C
7
D
8

Slide 20 - Quiz

Hoe heet het zuur dat goud kan oplossen?
A
goudzuur
B
zwavelzuur
C
natronloog
D
koningswater

Slide 21 - Quiz

Ijsklontje
In welke fase is het ijsklontje nu?

We gaan nu het ijsklontje verwarmen met een brander
we gaan het water ijsklontje nu verwarmen tot er damp ontstaat
het water wordt een gas
de moleculen zijn nu los van elkaar

Slide 22 - Slide

Zelfstandig werken
Wat? Maak de vragen van 3.5 en 3.6
tijd? de rest van de les
vragen? steek je vinger op

Slide 23 - Slide