Unit 5 les 3

Unit 5 les 3
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Unit 5 les 3

Slide 1 - Slide

Deze week hebben we al gedaan:
BL: 3 t/m 8 & 17 t/m 20
KT: 2 t/m 7 & 10, 13, 14

Slide 2 - Slide

Vandaag:
Grammatica Unit 5, lesson 1 & 2:
Toekomende tijd & gerund

BL: blz. 120, KT: blz. 115

Slide 3 - Slide

Future: will
gebruik je als:
  •  iets in de toekomst gaat gebeuren maar het is niet zeker, of
  • het een belofte, wens of voorspelling is, of
  • Je neemt een spontaan besluit, of
  • Je doet een voorstel
Future: will
maak je:
  • Door will + hele werkwoord te gebruiken bij bevestigende, en vragende zinnen.
  • Door won't + hele werkwoord te gebruiken bij ontkennende zinnen.
I will be very rich in ten years.
You won't eat at your friend's house today.

Let op! Bij vragende zinnen met I of we gebruik je shall + hele werkwoord (ipv will):
Shall we go to MacDonalds tonight?

Slide 4 - Slide

Future: will
gebruik je als:
  •  iets in de toekomst gaat gebeuren maar het is niet zeker, of
  • het een belofte, wens of voorspelling is, of
  • Je neemt een spontaan besluit, of
  • Je doet een voorstel
Future: will
maak je:
  • Door will + hele werkwoord te gebruiken bij bevestigende, en vragende zinnen.
  • Door won't + hele werkwoord te gebruiken bij ontkennende zinnen.
I will be very rich in ten years.
You won't eat at your friend's house today.

Let op! Bij vragende zinnen met I of we gebruik je shall + hele werkwoord (ipv will):
Shall we go to MacDonalds tonight?
BL: maak 9, KT: maak 8 & 16

Slide 5 - Slide

Check: 
Ik kan een goede zin met de vormen van 'will' maken in het Engels.


Next up -> Future: going to (BL: blz. 130, KT: 124)

Slide 6 - Slide

Future: going to
gebruik je als:
  • iets van plan bent te gaan doen, of
  • er bewijs is van wat je gaat doen, of
  • het zeker is dat je iets gaat doen

Future: going to
maak je:
  • door am, are of is te gebruiken, daar going to achter te zetten en daarna het hele werkwoord op te schrijven.
  • dus: am/are/is + going to + hele werkwoord
  • Bij ontkennende zinnen: am not/are not/is not + going to + hele werkwoord

You are going to take a shower.
I am not going to be on time.
He is going to eat at his grandparents' house.

Slide 7 - Slide

Future: going to
gebruik je als:
  • iets van plan bent te gaan doen, of
  • er bewijs is van wat je gaat doen, of
  • het zeker is dat je iets gaat doen

Future: going to
maak je:
  • door am, are of is te gebruiken, daar going to achter te zetten en daarna het hele werkwoord op te schrijven.
  • dus: am/are/is + going to + hele werkwoord
  • Bij ontkennende zinnen: am not/are not/is not + going to + hele werkwoord

You are going to take a shower.
I am not going to be on time.
He is going to eat at his grandparents' house.

BL: maak 22, KT: maak 17

Slide 8 - Slide

Check: 
Ik kan een goede zin met de vormen van 'going to' maken in het Engels.


Next up -> Future: will & going to (BL: blz. 131, KT: 125)

Slide 9 - Slide

Future: will
gebruik je als:
  •  iets in de toekomst gaat gebeuren maar het is niet zeker, of
  • het een belofte, wens of voorspelling is, of
  • Je neemt een spontaan besluit, of
  • Je doet een voorstel

maak je:
Door will + hele werkwoord te gebruiken bij bevestigende, en vragende zinnen. Door won't + hele werkwoord te gebruiken bij ontkennende zinnen.  Let op! Bij vragende zinnen met I of we gebruik je shall + hele werkwoord (ipv will)

Future: going to
gebruik je als:
  • iets van plan bent te gaan doen, of
  • er bewijs is van wat je gaat doen, of
  • het zeker is dat je iets gaat doen

maak je:
door am, are of is te gebruiken, daar going to achter te zetten en daarna het hele werkwoord op te schrijven.
dus: am/are/is + going to + hele werkwoord
Bij ontkennende zinnen: am not/are not/is not + going to + hele werkwoord

Slide 10 - Slide

Future: will
gebruik je als:
  •  iets in de toekomst gaat gebeuren maar het is niet zeker, of
  • het een belofte, wens of voorspelling is, of
  • Je neemt een spontaan besluit, of
  • Je doet een voorstel

maak je:
Door will + hele werkwoord te gebruiken bij bevestigende, en vragende zinnen. Door won't + hele werkwoord te gebruiken bij ontkennende zinnen.  Let op! Bij vragende zinnen met I of we gebruik je shall + hele werkwoord (ipv will)

Future: going to
gebruik je als:
  • iets van plan bent te gaan doen, of
  • er bewijs is van wat je gaat doen, of
  • het zeker is dat je iets gaat doen

maak je:
door am, are of is te gebruiken, daar going to achter te zetten en daarna het hele werkwoord op te schrijven.
dus: am/are/is + going to + hele werkwoord
Bij ontkennende zinnen: am not/are not/is not + going to + hele werkwoord
BL: maak 23, KT: maak 18

Slide 11 - Slide

Check: 
Ik kan, aan de hand van de regels, uitleggen waarom ik will of going to heb gebruikt in een zin. 


Next up -> Gerund (BL: blz. 131, KT: 125)

Slide 12 - Slide

Gerund
Start
Stop
Love
Enjoy
Hate

Slide 13 - Slide

Gerund
Na woorden als: start, stop, love, enjoy, hate

Hoe maak je 'm? Werkwoord + ing (als zelfstandig naamwoord)

I love sleeping
I stop smoking

Slide 14 - Slide

Gerund
Na woorden als: start, stop, love, enjoy, hate

Hoe maak je 'm? Werkwoord + ing (als zelfstandig naamwoord)

I love sleeping
I stop smoking
BL: maak 24
KT: maak 19

Slide 15 - Slide

Check: 
Ik kan een goede zin maken in het Engels waarin ik de gerund gebruik.


Next up -> Afronden

Slide 16 - Slide

Afronding
Wat heb je nog nodig na deze les om de stof goed te kennen en kunnen gebruiken?
Feedback op de les
Wat doen we volgende week?

Slide 17 - Slide