H27 PV vt en tt

H27 PV vt en tt
1 / 38
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

H27 PV vt en tt

Slide 1 - Slide

Starttaak
Etui, planner, lesboek, leesboek, schrift open en laptop dicht op tafel.

Hoe vind je de persoonsvorm? Schrijf het antwoord in je schrift!
Klaar? Stillezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

 Hoofdstuk 27
blz  110


Slide 3 - Slide

Doel van de week
Aan het eind van de lessen weten jullie hoe je een persoonsvorm in tegenwoordige tijd  en in de verleden tijd kunt schrijven in het enkelvoud en meervoud.

Slide 4 - Slide

Deze week
Maandag: instructie spelling persoonsvorm
Dinsdag: oefenen
Vrijdag:zelfstandig werken

Weektaak 13 november
Leren hoofdstuk 27
Maken 1 t/m 9

Slide 5 - Slide

Regels bij de persoonsvorm
Kijkvraag:

Kijk eerst het filmpje helemaal
Schrijf 3 regels op over de persoonsvorm

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Regels bij de persoonsvorm
Kijkvraag:

Kijk eerst het filmpje helemaal
Schrijf 3 regels op over de persoonsvorm

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

tt:
Hans (kleden) ...... zich aan.
A
kleed
B
kleedt
C
kled
D
kleet

Slide 10 - Quiz

tt:
Mijn tas (staan) ..... op de grond.
A
sta
B
stat
C
staat
D
staadt

Slide 11 - Quiz

tt:
Hij (beantwoorden) ..... de vraag.
A
beantwoort
B
beantword
C
beantwoord
D
beantwoordt

Slide 12 - Quiz

Hij (beginnen) met zijn huiswerk.
A
begint
B
begon
C
begind
D
begindt

Slide 13 - Quiz

Iedereen (houden) toch van chocola?
De juiste spelling van het werkwoord is:
A
houd
B
houdd
C
houden
D
houdt

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Welke persoonsvorm is correct?
De docent ... (besteden, tt) veel tijd aan werkwoordspelling.
A
besteedt
B
besteed
C
besteden
D
besteedden

Slide 17 - Quiz

Men (respecteren) zichzelf en de ander, waardoor de zelfstandigheid en het zelvertrouwen (groeien)
A
respecteert, groeit
B
respecteerd, groeit
C
respecteert, groeien
D
respecteerd groeien

Slide 18 - Quiz

Oefenen
Werkblad itslearning 4 opgave 1 en 2
- Tweetallen werkblad  (werkvorm denker & schrijver)


Klaar? Weektaak

Slide 19 - Slide

Les 2

Slide 20 - Slide

Starttaak
Etui, planner, lesboek, leesboek, schrift open en laptop dicht op tafel.

Verbeter zonodig de spelfouten! Schrijf de 
verbeteringen in je schrift.
Klaar? Stillezen
timer
10:00

Slide 21 - Slide

Doel van de week
Aan het einde van de lessen weten jullie hoe je een persoonsvorm in tegenwoordige tijd  en in de verleden tijd kunt schrijven in het enkelvoud en meervoud.

Slide 22 - Slide

Deze week
Maandag: instructie spelling persoonsvorm
Dinsdag: oefenen
Vrijdag:zelfstandig werken

Weektaak 13 november
Leren hoofdstuk 27
Maken 1 t/m 9

Slide 23 - Slide

Starttaak
Etui, planner, lesboek, leesboek, schrift open en laptop dicht op tafel.

Verbeter zonodig de spelfouten! Schrijf de 
verbeteringen in je schrift.
Klaar? Stillezen
timer
10:00

Slide 24 - Slide

0

Slide 25 - Video

Terugblik
Wat weet ik nog.....

Slide 26 - Slide

Werkwoordspelling
A
De oude man verstuurt de brief.
B
De oude man verstuurd de brief.
C
De oude man verstuurdt de brief.

Slide 27 - Quiz

werkwoordspelling
A
Zij begeleiden de vrouw naar huis gisteren.
B
Zij begeleidden de vrouw naar huis gisteren.

Slide 28 - Quiz

werkwoordspelling
A
Hij onthoud.
B
Hij onthoudt.

Slide 29 - Quiz

werkwoordspelling
A
hij niestte toen hij peper in zijn neus kreeg
B
hij nieste toen hij peper in zijn neus kreeg
C
hij niesde toen hij peper in zijn neus kreeg
D
hij niesden toen hij peper in zijn neus kreeg

Slide 30 - Quiz

werkwoordspelling
A
Gisteren verhuisden we naar Groningen.
B
Gisteren verhuisten we naar Groningen.

Slide 31 - Quiz

werkwoordspelling
A
Hij onthoud alles.
B
Hij onthoudt alles.

Slide 32 - Quiz

Werkwoordspelling
A
Hoe oud wordt je morgen?
B
Hoe oud word je morgen?

Slide 33 - Quiz

Werkwoordspelling?
A
Makkie!
B
Gaat best prima
C
Toch wel weggezakt
D
Lastig!

Slide 34 - Quiz

Nu jij....
Werkblad op its learning...
  • Je maakt opdracht 3 zelfstandig in je schrift. 
  • Nakijken opdracht 3
  • Keuze: 
A: Heb je meer dan 4 fouten...... je maakt opdracht 1 en 2
B: 1- 4 fouten  weektaak helemaal
C: 0 fouten weektaak opdracht:


Klaar? Weektaak

Slide 35 - Slide

Welkom!
Welkom 

Etui, lesboek, schrift, leesboek, laptop dicht op tafel.

We starten met stillezen
timer
10:00

Slide 36 - Slide

Deze week
Maandag: instructie spelling persoonsvorm
Dinsdag: oefenen
Vrijdag:zelfstandig werken

Weektaak 13 november
Leren hoofdstuk 27
Maken keuze A of Keuze B

Slide 37 - Slide

Les 3
Zelfstandig werken Weektaak: 28 november

Leren hoofdstuk 27
Maken: 
A werkblad 1 en 2 en opdracht (in overleg met docent weektaak 1 t/m 3, 6,7)
B opdracht  3 tm 5, 7 t/m 9  en lees 1 hoofdstuk uit je leesboek

Slide 38 - Slide