Onderdeel 4 Cursus 6 paragraaf 1 Volledige zinnen

Onderdeel 4 Cursus 6  paragraaf 1 Volledige zinnen 
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Onderdeel 4 Cursus 6  paragraaf 1 Volledige zinnen 

Slide 1 - Slide

Start van de les!
Bij de start van de les heb je op tafel:
- Je boek Nieuw Nederlands (blz. 214-215)
- Je schrift 
- Je pen/etui


timer
1:30

Slide 2 - Slide

Wat we doen:
  • Doelstelling cursus 6 paragraaf 1
  • Uitleg volledige zinnen
  • Aan de slag! 

Slide 3 - Slide

Doelstellingen:
  • Je leert volledige zinnen maken.

Slide 4 - Slide

Wat is een volledige zin?

Slide 5 - Open question

Theorie - Begin en eind van een zin
Een tekst bestaat uit zinnen. Elke volledige zin heeft in elk geval een onderwerp en een persoonsvorm.
Je begint een zin met een hoofdletter
Aan het einde staat een leesteken.


Zo zet je de leestekens in een tekst
  • Zet achter een zin een punt. (.)
    Het Nederlands Openluchtmuseum bevindt zich in Arnhem.
  • Zet achter een vragende zin een vraagteken. (?)
    Heb jij weleens oesterzwammen gegeten?
  • Zet achter een uitroep (van bijvoorbeeld verbazing of woede) een uitroepteken. (!)
    Wat is het nieuwste boek van Mirjam Mous prachtig!






Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?

Slide 8 - Open question

Hoe vind je het onderwerp in een zin?

Slide 9 - Open question

Aan de slag!
Maken opdracht 1 t/m 5. 

Daarna kijken we samen na. 
timer
20:00

Slide 10 - Slide

Aan de slag!
Maken opdracht 6
Schrijf een kort verhaal van tien zinnen over je eerste schooldag. Geef bijvoorbeeld antwoord op deze vragen: Hoe voelde je je de eerste schooldag? Wat heb je allemaal meegenomen de eerste dag? Hoe zag de introductie eruit?

Gebruik je schrift of een blad. 
timer
20:00

Slide 11 - Slide

Hoe start een volledige zin?

Slide 12 - Open question

Met welke leestekens kan een zin eindigen?

Slide 13 - Open question

Wat mag ook niet ontbreken in een volledige zin?

Slide 14 - Open question

Vond je deze paragraaf moeilijk of makkelijk?
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

Waarom vind je dat?

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide