Maatschappijleer, hoofdstuk 7 - criminaliteit

Wat is criminaliteit?
1 / 31
next
Slide 1: Open question
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1-4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat is criminaliteit?

Slide 1 - Open question

Wat is of zijn de oorzaken van criminaliteit?

Slide 2 - Open question

Sleep de (blauwe) kaartjes naar het juist (rode) antwoord.
verdachte
officier van justitie
rechter
getuige
advocaat
beslist of de verdachte schuldig is en wat voor straf hij krijgt.
verdedigt de verdachte.
wordt geholpen door een advocaat.
vertelt wat er is gebeurd.
wilt bewijzen dat de verdachte schuldig is.

Slide 3 - Drag question

Wat is de beste aanpak voor criminelen (denk je)?

Slide 4 - Open question

Samenvatting
paragraaf 7.1

Slide 5 - Slide

Als iemand fatsoenregels overtreedt, nomen we dit ...
A
misdrijf
B
asociaal
C
verdachte
D
overtreding

Slide 6 - Quiz

Als je een wet overtreedt, dan is dat ... gedrag.
A
misdrijf
B
overtreding
C
strafbaar
D
verdachte

Slide 7 - Quiz

Als je niet stopt bij een rood stoplicht, is dat een ...
A
strafblad
B
misdrijf
C
overtreding
D
asociaal

Slide 8 - Quiz

Diefstal is een voorbeeld van ...
A
overtreding
B
misdrijf
C
asociaal-gedrag
D
sociaal-gedrag

Slide 9 - Quiz

De ... kan dan voor de rechter komen. Als je schuldig bent, kan de rechter een straf geven.
A
asociale
B
misdrijfer
C
verdachte
D
overtreder

Slide 10 - Quiz

De verdachte krijgt dan een ...
A
schoonmaaktaak
B
strafblad
C
strafbaar
D
document

Slide 11 - Quiz

Samenvatting
paragraaf 7.2

Slide 12 - Slide

Voor crimineel gedrag zijn verschillende oorzaken. We noemen dit ook wel ...
A
leefomstandigheden
B
maatschappelijk
C
groepsgedrag
D
risicofactoren

Slide 13 - Quiz

Ze vergroten dat iemand crimineel wordt. Waar staan de juiste risicofactoren?
A
normen, waarden, vrijetijdsbesteding en opvoeding
B
spijbelen, vriendengroep, alcohol gebruik en opvoeding
C
groepsgedrag, alcohol en drugs, spijbelen en biologische factoren
D
groepsdruk, spijbelen, huisarrest en opvoeding

Slide 14 - Quiz

Er zijn ook ... oorzaken voor crimineel gedrag: in sommige wijken zijn de ... slecht.
A
maatschappelijke , leefomstandigheden
B
maatschappelijke , opvoedingen
C
andere , buren
D
slechte , leefomstandigheden

Slide 15 - Quiz

De ... zijn minder streng dan vroeger. Er zijn ook minder ... : er wordt niet altijd op crimineel gedrag gelet.
A
risicofactoren, normen en waarden
B
leefomstandigheden, controle
C
normen, controle
D
maatschappelijke werkers, groepsdruk

Slide 16 - Quiz

Samenvatting
paragraaf 7.3

Slide 17 - Slide

Het opsporen van criminelen is een belangrijke taak van de politie. De politie mag daarom een verdachte ... en ...
A
bewijzen en fouilleren
B
fouilleren en arresteren
C
meenemen en spreken
D
spreken en arresteren

Slide 18 - Quiz

Ze mogen ook met een huisbezoekingsbevel zoeken naar ...
A
een verdachte
B
een belangrijke taak
C
bewijzen
D
proces-verbale verslag

Slide 19 - Quiz

Als de politie klaar is met het onderzoek schrijven ze een ...
A
proces-verbaal
B
verslag over de aanhouding
C
dossier
D
bewijsverslag

Slide 20 - Quiz

De officier van justitie leest dit rapport en kan besluiten om de ... vrij te laten, een boete te geven of naar de ... te sturen.
A
dader, rechtbank
B
verdachte, rechter
C
persoon, camping
D
verdachte, advocaat

Slide 21 - Quiz

Samenvatting
paragraaf 7.4

Slide 22 - Slide

Een rechtszaak begint met een ... van de gegevens. Als alles klopt, leest de officier van justitie de ... voor.
A
getuigen, straf
B
controle, aanklacht
C
straf, aanklacht
D
controle, vonnis

Slide 23 - Quiz

Eerst worden vragen gesteld aan de verdachte en daarna aan de ...

A
rechter
B
officier van justitie
C
advocaat
D
getuigen

Slide 24 - Quiz

Na de ondervraging eist de officier van justitie een ...
De advocaat, die de verdachte ... , probeert de rechter te overtuigen dat een lagere straf beter is.
A
straf, helpt
B
excuusbrief, ondervraagt
C
vonnis, controleert
D
aanklacht, helpt

Slide 25 - Quiz

Uiteindelijk beslist de rechter of de verdachte ... is.
Die uitspraak noem je het ...
A
getuigen, strafovereenkomst
B
schuldig, vonnis
C
vrijevoet, vonnis
D
heldhaftig, einde rechtszaak

Slide 26 - Quiz

Samenvatting
paragraaf 7.5

Slide 27 - Slide

Er zijn verschillende doelen om te straffen: ... , ... , ...
A
uit wraak, door slechte opvoeding, om van te leren
B
samenleving veiliger maken, voor het straffen, mensen afschrikken
C
mensen af te schrikken, samenleving veiliger maken, wraak nemen
D
repressie, preventie, criminaliteit te verminderen

Slide 28 - Quiz

Rechtse partijen vinden dat je criminaliteit harder moet aanpakken. Zij leggen de nadruk op ...
A
repressie
B
preventie

Slide 29 - Quiz

Linkse partijen zijn vooral voor het voorkomen van criminaliteit.
Zij leggen de nadruk op ...
A
preventie
B
repressie

Slide 30 - Quiz

Begrippenlijst
https://quizlet.com/nl/702780254/hoofdstuk-7-criminaliteit-flash-cards/?new 

Slide 31 - Slide