This lesson contains 22 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
Mentaal fit
Periode 3
Thema: Aandachtstijlen
Hoe leg jij je focus?
Slide 1 - Slide
Inhoud van deze bijeenkomst
Korte theorie over aandachtstijlen
Oefeningen gericht op aandachtstijlen en aandachtscontrole.
Zelfverdediging
Slide 2 - Slide
Aandachtstijlen
Een aandachtstijl is de manier waarop je je aandacht richt. Dit helpt bij concentreren, leren en communiceren.
Slide 3 - Slide
Aandachtstijlen
Vier soorten:
1. Klein binnen
2. Groot binnen
3. Klein buiten
4. Groot buiten
Slide 4 - Slide
Aandachtstijlen
1. Klein binnen (interne details)
🔹 Je focust op kleine, interne details.
🔹 Je denkt diep na, analyseert en reflecteert.
🔹 Voorbeelden:
• Nadenken over je eigen gevoelens.
• Een rekensom oplossen in je hoofd.
• Een strategie bedenken voor een spel.
Slide 5 - Slide
Aandachtstijlen
2. Groot binnen (het grote plaatje in jezelf)
🔹 Je richt je op het geheel van je gedachten en gevoelens.
🔹 Je overweegt verschillende ideeën en maakt plannen.
🔹 Voorbeelden:
• Een presentatie voorbereiden.
• Plannen maken voor je toekomst.
• Een creatief idee bedenken voor een project.
Slide 6 - Slide
Aandachtstijlen
3. Klein buiten (details in de omgeving)
🔹 Je let op kleine dingen om je heen.
🔹 Je observeert details in gesprekken of taken.
🔹 Voorbeelden:
• Luisteren naar de instructies van een docent.
• Opmerken dat iemand nerveus is.
• De woorden in een boek aandachtig lezen.
Slide 7 - Slide
WAAR IS WALLIE
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Aandachtstijlen
4. Groot buiten (overzicht van de omgeving)
🔹 Je hebt oog voor het grote geheel om je heen.
🔹 Je ziet hoe dingen samenhangen.
🔹 Voorbeelden:
• In een drukke ruimte de algemene sfeer voelen.
• Een voetbalwedstrijd bekijken en strategieën herkennen.
• Opmerken hoe een groep mensen zich gedraagt
Slide 10 - Slide
Wat zie je?
1.
Je krijgt zo een afbeelding te zien, ongeveer 5 seconden. Schrijf daarna, in de lessonup, op wat jij hebt gezien.
Slide 11 - Slide
Ik zag
Slide 12 - Mind map
Slide 13 - Slide
Aandachtstijlen
Waarom is dit zo belangrijk?
✅ Het helpt je om beter te concentreren.
✅ Je kunt je aandacht bewuster inzetten bij studie en werk.
✅ Je begrijpt beter hoe anderen hun aandacht gebruiken.
💡 Tip: Iedereen heeft een voorkeur, maar je kunt alle stijlen oefenen en afwisselen!
Slide 14 - Slide
Aandachtstijlen
Per groepje schrijf je 2 voorbeelden op per aandachtstijl.
Klein buiten
Groot buiten
Groot binnen
Klein binnen
Slide 15 - Slide
Aandachtscontrole
Doel = Bewustwording van afleiders en jezelf kunnen focussen op wat relevant is
Hoe 'dieper' je binnen de cirkel functioneert, hoe groter de kans is dat jij jouw taak met succes afrond.
Gedurende de dag/ activiteit kan je aandacht telkens binnen een ander niveau van de cirkel verkeren.
Slide 16 - Slide
Aandachtscontrole
Bespreek in tweetallen:
1. Welke cirkels zijn herkenbaar op welke momenten? 2. Wat zou je helpen om naar een andere cirkel te komen?
Slide 17 - Slide
Oefening aandachtscontrole
1. In drietallen ga je een puzzel maken 2. Je hebt maximaal 10 minuten de tijd 3. Als drietal speel je tegen andere groepen in de klas, je kan wat winnen.
Doel & Instructie: 1. Het doel is om de 9 stukjes van de puzzel op de juiste plek te krijgen 2. Probeer je te focussen op het doel
Slide 18 - Slide
Nabespreking oefening aandachtscontrole
Bespreek met elkaar:
1. Welke gedachten kwamen voorbij? 2. In welke cirkel(s) kun je bovenstaande gedachten plaatsen? 3. Wat neem je hieruit mee naar bijv. een volgende belangrijke taak? (beoordeling, rij examen etc.)?
Slide 19 - Slide
Oefening aandachtscontrole en aandachtsstijlen
Pingpongbal Competitie
1. Teams: Verdeel de deelnemers in tweetallen.
2. Startpunt: Elk tweetal begint aan het begin van de gang met een pingpongbal op één van de bordjes.
3. Doel: Het doel is om de pingpongbal zo vaak mogelijk van het ene bordje naar het andere te rollen terwijl je naar het einde van de gang loopt.
4. Een speler van het andere team mag afleiden en telt het aantal keer. Dus ieder team leent een persoon uit.
5. Regels:
Beide teamleden moeten hun eigen bordje vasthouden.
De bal moet continu in beweging blijven tussen de bordjes.
Als de bal valt, moet het team terug naar het startpunt en opnieuw beginnen.
6. Einde: Het team dat het snelst het einde van de gang bereikt met de meeste succesvolle overgangen van de bal, wint.
Elk team krijgt 1 punt voor elke succesvolle overgang van de bal van het ene bordje naar het andere.
Het team dat als eerste het einde van de gang bereikt, krijgt 5 extra punten.
Slide 20 - Slide
Nabespreking oefening aandachtscontrole
Bespreek met elkaar:
1. In welke cirkel(s) kun je bovenstaande gedachten plaatsen? 2. Welke stijlen heb je gebruikt
3. Wat is voorkeursstijl;
4. Heb je gemerkt dat je hebt geschakeld tussen de verschillende aandachtsstijlen en wat is hiervan de reden? 5. Heb je gebruikt gemaakt van elkaars kwaliteiten/stijlen?