5.1 Hygiëne en gebruik.

Is hygiëne belangrijk met de lenzen?


En waarom?
1 / 39
next
Slide 1: Slide
WiskundeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Is hygiëne belangrijk met de lenzen?


En waarom?

Slide 1 - Slide

Als je knippert veeg je de viezigheid van je oog.
Stel dat er een lens in je oog zit dan kan de viezigheid onder de lens zitten en dus voor heel de dag op je oog.

Slide 2 - Slide

Een lens is een soort van spons.
Alle vloeistoffen (kraanwater, Ctl vloeistof, redbull) Wordt geabsobeerd door de lens.

Slide 3 - Slide

Als je er met de volgende slides eens ben. dan steek je je hand op.

Slide 4 - Slide

Het is slim om te zwemmen met de contactlenzen?

Slide 5 - Slide

Je mag altijd je lens schoonmaken met all in one vloeistof?

Slide 6 - Slide

Je mag je lens schoonmaken met kraanwater.

Slide 7 - Slide

Acantamoeba
In het nederlandse kraanwater kan acantamoeba zitten.
Dit is een parasiet die je hoornvlies eet.

Slide 8 - Slide

Acantamoeba
Acantamoeba kan alleen overleven als het een vochtige plek is.

Ideaal als iemand het toevallig in zijn lens heeft.

Slide 9 - Slide

Tijd voor een quiz

Slide 10 - Slide

Wat kan gebeuren als viezigheid onder een lens zit?
A
De lens verplaatst sneller
B
De lens wordt steviger
C
De viezigheid blijft de hele dag op je oog
D
Je ziet scherper

Slide 11 - Quiz

Wat absorbeert een lens?
A
Alle vloeistoffen zoals kraanwater, lensvloeistof en drankjes
B
Alleen all-in-one vloeistof
C
Alleen water
D
Helemaal niets

Slide 12 - Quiz

Wat voor lenssoort hoort bij cilinderafwijking?
A
Multifocale lens
B
Sferische lens
C
Torische lens
D
Nachtlens

Slide 13 - Quiz

Wie kunnen lenzen dragen?
A
Alleen volwassenen
B
De meeste mensen, afhankelijk van het oog en de lens
C
Alleen mensen zonder klachten
D
Alleen mensen met zachte lenzen

Slide 14 - Quiz

Moet je zachte lenzen altijd aanmeten?
A
Alleen bij kinderen
B
Ja, altijd
C
Soms
D
Nee

Slide 15 - Quiz

Waarom is hygiëne belangrijk bij contactlenzen?
A
Omdat het zorgt dat de lens langer meegaat
B
Omdat lenzen breekbaar zijn
C
Omdat viezigheid onder de lens vast kan blijven zitten
D
Omdat de lens anders uitdroogt

Slide 16 - Quiz

Wat doet knipperen?
A
Je verplaatst de lens naar het midden
B
Je vermindert traanproductie
C
Je maakt je ogen droger
D
Je veegt viezigheid van je oog

Slide 17 - Quiz

Mag je met contactlenzen zwemmen?
A
Alleen bij zachte lenzen
B
Nee
C
Alleen in chloorbaden
D
Ja, altijd

Slide 18 - Quiz

Mag je lenzen schoonmaken met all-in-one vloeistof?
A
Alleen als ze nog nieuw zijn
B
Alleen bij harde lenzen
C
Nee, nooit
D
Ja, dat mag

Slide 19 - Quiz

Mag je lenzen schoonmaken met kraanwater?
A
Alleen bij spoelen
B
Alleen als ze hard zijn
C
Ja
D
Nee, nooit

Slide 20 - Quiz

Wat kan er in kraanwater zitten?
A
Schimmels
B
Bacteriën
C
Acanthamoeba
D
Algjes

Slide 21 - Quiz

Wat doet acanthamoeba?
A
Maakt je lens kapot
B
Maakt de lens minder helder
C
Zorgt voor droge ogen
D
Kan je hoornvlies opeten

Slide 22 - Quiz

Waar kan acanthamoeba overleven?
A
In zonlicht
B
In de koelkast
C
In droge ruimtes
D
Op vochtige plekken

Slide 23 - Quiz

Wat voor soorten zachte lenzen zijn er?
A
Sferisch, torisch, multifocaal
B
Dag, week, jaar
C
Hard en zacht
D
Kleurlenzen en sportlenzen

Slide 24 - Quiz

Waar vind je de sterkte van de lens?
A
Alleen online
B
In de gebruiksaanwijzing
C
Op de blister en het doosje
D
Op de lens zelf

Slide 25 - Quiz

Hoe maak je een blister open?
A
Van je af
B
Door erin te knijpen
C
Met een mes
D
Naar je toe

Slide 26 - Quiz

Hoe zie je dat een lens binnenstebuiten zit?
A
De lens is donkerder
B
De lens is dunner
C
De rand staat naar buiten
D
Hij voelt droog aan

Slide 27 - Quiz

Hoe heet de verpakking waar de lens in zit?
A
Potje
B
Tube
C
Blister
D
Houder

Slide 28 - Quiz

Wat moet aanwezig zijn bij een contactlensinstructie?
A
Lenshouder en tissues
B
Spiegel, Tissues en lenzen.
C
Zaklamp en vloeistof
D
Alleen lenzen

Slide 29 - Quiz

Waar is de all-in-one lenshouder voor?
A
Voor transport
B
Voor peroxide
C
Voor all-in-one vloeistof
D
Voor zoutoplossing

Slide 30 - Quiz

Waarvoor is de peroxide lenshouder?
A
Voor all-in-one
B
Voor weekvloeistof
C
Voor peroxide
D
Voor water

Slide 31 - Quiz

Hoe lang moet peroxide uitbubbelen?
A
8 uur
B
1 uur
C
4 uur
D
6 uur

Slide 32 - Quiz

Wanneer mag je peroxide in je oog doen?
A
Als je haast hebt
B
Nooit
C
Bij irritatie
D
Na neutralisatie

Slide 33 - Quiz

Hoe lang moeten harde lenzen uit voor een globale meting?
A
1 week
B
48 uur
C
12 uur
D
1 dag

Slide 34 - Quiz

Hoe noem je een lens met cilinder?
A
Sferisch
B
Multifocaal
C
Torisch
D
Bifocaal

Slide 35 - Quiz

Mag je slapen met lenzen?
A
Alleen als de lens daarvoor geschikt is
B
Ja, altijd
C
Nooit
D
Alleen met harde lenzen

Slide 36 - Quiz

Wat gebeurt er bij te lang dragen van siliconen lenzen?
A
De lens wordt kleiner
B
Ze worden helder
C
De lens wordt harder
D
Neovascularisatie

Slide 37 - Quiz

Wat is een voordeel van silicone lenzen?
A
Minder zichtbaar
B
Blijft langer schoon
C
Niet zuurstofdoorlatend
D
Heel vochtig en dun

Slide 38 - Quiz

Wat is een voordeel van silicone-hydrogel lenzen?
A
Ze zijn zuurstofdoorlatend
B
Ze zijn goedkoper
C
Ze zijn heel dun
D
Ze geven geen afzetting

Slide 39 - Quiz