Meesterproef oefenrecensie schrijven

Heb je wel eens een recensie (review) geschreven? Waarom deed je dat?
1 / 33
next
Slide 1: Mind map
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1,2

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Heb je wel eens een recensie (review) geschreven? Waarom deed je dat?

Slide 1 - Mind map

Recensie schrijven

Slide 2 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van de les kun je een recensie schrijven over en kort verhaal.

Slide 3 - Slide

Wanneer lees je wel eens een recensie (review)?

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Video

Wat vond je van de trailer van Boy 7?
Geef je mening door een beoordelingswoord te noemen.
Leg uit waarom je dat beoordelingswoord vindt passen.


Slide 6 - Open question

Waarom schrijf je een recensie?
Je schrijft een recensie als je anderen wilt laten weten wat je van iets vindt (dat kan een boek, een film of ook bijvoorbeeld een restaurant zijn).

De lezer kan door het lezen van deze recensies een betere keuze maken. 
Je gaat  een recensie schrijven over een boek dat je hebt gelezen.

 Als je voorbeelden zoekt, kun je kijken op: 
https://www.hebban.nl/Search?q=Mirjam+Mous

Slide 7 - Slide

Je hebt 'De wolf van Eibergen' gelezen. In deze les ga je een oefenrecensie schrijven van dat verhaal.
Wat vond je ervan?

Slide 8 - Slide

Wat vond je van het gelezen verhaal? Noem twee beoordelingswoorden.

Slide 9 - Mind map

Slide 10 - Slide

Aan de slag


We gaan nu stap voor stap een recensie schrijven.


Slide 11 - Slide

Een recensie bestaat uit drie delen
inleiding
kern
slot

Slide 12 - Slide

Deel 1: Inleiding (alinea 1)
  1. Kies een interessant fragment uit 'De wolf...' waarmee je de aandacht van de lezer van de recensie trekt.
    Schrijf dat fragment op.
  2. Noteer de schrijver en de titel van het verhaal
    en beschrijf in een paar zinnen waar je het verhaal over gaat.
  3. Geef in één zin aan wat je van het verhaal vindt.

Slide 13 - Slide

Voorbeeld inleiding Boy 7
Ik werd wakker in het zand. Ik wist niet waar ik was, waar ik heen moest of hoe ik heette. Zo begint het jeugdboek Boy 7 van Mirjam Mous. Het verhaal gaat over een jongen die is ontvoerd en moet zien te achterhalen wat er is gebeurd. Hij kan zich namelijk niets herinneren van de afgelopen weken. Ik vond het een heel spannend verhaal omdat er verrassende plotwendingen waren en omdat ik vanaf de eerste bladzijde het verhaal in werd gezogen.

Slide 14 - Slide

Aan de slag met de inleiding

  • Voer eerst de drie opdrachten uit van de vorige dia. 
  • Voeg de drie opdrachten samen en maak er een goed lopende tekst van. 

    Is dat gelukt, dan is je inleiding klaar!

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Opbouw van de alinea's in de kern
De kern heeft drie alinea's.
Elke alinea in de kern heeft de volgende indeling:
  1. Je eerste zin is de kernzin (standpunt)met het beoordelingswoord.
  2. In de zin(nen) daarna geef je uitleg (argumenten).
  3. Tot slot geef je een voorbeeld, dat je argument nog meer verduidelijkt.
  4. Je kúnt eindigen met een conclusietje: de herhaling van je standpunt.

Zie het voorbeeld op de volgende dia.

Slide 17 - Slide

Voorbeeld van een alinea in de kern
Ten eerste is het verhaal spannend. Dat komt doordat je niet weet wat er precies met Sam is gebeurd en gaat gebeuren. Zo wordt hij in het begin van het boek wakker op een verlaten grasvlakte. Hij weet niet hoe hij daar gekomen is, hij weet niet hoe hij heet en hij weet niet waar hij naar toe moet. Daardoor is het verhaal meteen vanaf het begin al heel spannend.

Slide 18 - Slide

Kern: alinea 2
Omcirkel op het opdrachtenblad een van onderstaande beoordelingswoorden.

  1. spannend - saai
  2. veel actie - er gebeurt weinig
  3. boeiend - niet boeiend

Slide 19 - Slide

Beoordelingswoord  gekozen en nu?
Leg het gekozen beoordelingswoord uit
aan de hand van een situatie of gebeurtenis uit je verhaal. 


Denk aan kernzin - uitleg - voorbeeld. 

Slide 20 - Slide

Schrijf alinea 2
Schrijf aan de hand van het opdrachtenblad een goed lopende alinea (denk aan het voorbeeld op dia 16).
Let bij het schrijven van alinea 2 op de volgende zaken:
  1. Is het een logisch geheel?
  2. Lopen de zinnen goed?
  3. Is de spelling en interpunctie correct?

Slide 21 - Slide

Kern: alinea 3 
Omcirkel op het opdrachtenblad 
steeds een van de beoordelingswoorden:
  1. het verhaal is in begrijpelijke taal geschreven -
    het verhaal is geschreven in taal die lastig te begrijpen is
  2. leerzaam - niet leerzaam
  3. het verhaal is in een logische volgorde geschreven -
    het verhaal zit ingewikkeld in elkaar

Slide 22 - Slide

Beoordelingswoord  gekozen ?

Leg het gekozen beoordelingswoord uit
aan de hand van een situatie of gebeurtenis uit je verhaal. 


Denk aan kernzin - uitleg - voorbeeld. 

Slide 23 - Slide

Kern: alinea 4
Omcirkel op het opdrachtenblad steeds een van onderstaande beoordelingswoorden:

  1. laat me meeleven - doet me niets
  2. grappig - droevig
  3. ik snap de keuzes van de hoofdpersoon -
    ik zou andere keuzes maken dan de hoofdpersoon

Slide 24 - Slide

Beoordelingswoord 3 gekozen?


Leg het gekozen beoordelingswoord uit aan de hand van een situatie of gebeurtenis uit je verhaal. 


Denk aan kernzin - uitleg - voorbeeld. 

Slide 25 - Slide

Schrijf alinea 4
Schrijf aan de hand van het opdrachtenblad een goed lopende alinea.
Let bij het schrijven van alinea 4 op de volgende zaken:
  1. Is het een logisch geheel?
  2. Lopen de zinnen goed?
  3. Is de spelling en interpunctie correct?

Slide 26 - Slide

Deel 3: slot (alinea 5)
  1. Voor wie/voor welke lezer vind jij dit een goed verhaal?
    Je kunt iets gebruiken van wat je hierboven al gebruikt hebt.
  2. Sluit af met een pakkende slotzin!

Slide 27 - Slide

Aan de slag met het slot
  • Voer eerst de twee opdrachten uit van de volgende dia.
  • Voeg de twee opdrachten samen en maak er een goed lopende tekst van.


     Is dat gelukt, dan is je slot klaar.

Slide 28 - Slide

Bedenk
een passende titel voor je recensie


--- Dit mag niet de titel van je boek zijn.

Slide 29 - Slide

Herlees en herschrijf je recensie
Lees je recensie grondig door en
let daarbij op de zes kenmerken van een goede tekst.
  1. inhoud
  2. opbouw
  3. spelling
  4. zinsbouw
  5. toon
  6. lay-out

Slide 30 - Slide

Feedback 
Laat je recensie lezen door een klasgenoot. 
Je klasgenoot geeft feedback  aan de hand van de zes kenmerken van een goede tekst.
  1. inhoud
  2. opbouw
  3. spelling
  4. zinsbouw
  5. toon
  6. lay-out

Slide 31 - Slide

Je recensie is bijna af!

Verwerk de feedback van je klasgenoot.

Ben je tevreden?

Slide 32 - Slide

De eindversie
  • Werk in tweetallen/drietallen/viertallen.
  • Maak van jullie recensies één recensie. Kies de beste inleiding, kernalinea’s en slot. Maak een nieuw document aan. Noem je document "recensie + jullie voornamen"
  • Vergeet niet jullie namen ook bovenaan in het document te zetten!

  • Mail de recensie van jullie groepje: laura.veenstra@mondialcollege.nl

Slide 33 - Slide