PWW-2 Oefentoets

PWW-2 Oefentoets
1 / 26
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

PWW-2 Oefentoets

Slide 1 - Slide

Waarom gingen de Portugezen vanaf het midden van de 15e eeuw op ontdekkingsreis?
A
Ze wilden een eigen handelsroute naar Amerika ontdekken.
B
Ze wilden geld verdienen met de handel in producten uit Azië.
C
Ze wilden voedsel uit Azië halen, omdat er in Portugal tekorten waren.
D
Ze wisten dat heersers in Azië alleen met hen handel wilden drijven.

Slide 2 - Quiz

Wat waren oorzaken van de ontdekkingsreizen?
A
Koningen betaalden schepen
B
Er waren nieuwe uitvindingen zoals kompas
C
Men wilde graag op avontuur want er was weinig te beleven
D
Er waren betere kaarten

Slide 3 - Quiz

Oorzaken van de ontdekkingsreizen 
Gevolgen van de ontdekkingsreizen
Europa wil zelf naar Azië om producten te kopen.
Verbetering in de scheepvaart; kompas.
Europa gaat zelf handelen in verschillende werelddelen; handelsposten
Gebieden veroverd; koloniën.
indianen sterven en goud wordt gestolen..

Slide 4 - Drag question

Sleep de namen van de ontdekkingsreizigers naar de juiste route.

A
B
C
Christoffel Columbus
Vasco da Gama
Fernando Magelhaen Vespucci

Slide 5 - Drag question

Welke zin hoort bij welk plaatje? Versleep de woorden.
Ontdekkingsreizen waren erg gevaarlijk, omdat men geloofde dat de wereld plat was.
Fillips II vervolgde ketters met harde hand.
Deze Amerikaanse plant werd door de ontdekkingsreizigers meegenomen naar Europa.

Slide 6 - Drag question

Wat is de juiste omschrijving van een handelspost?
A
Een bestaande grote havenstad die is veroverd door Europeanen.
B
Een fort, een haven en woningen langs de kust van Afrika en Azië.
C
Een markt in Indië met een groot aanbod van specerijen.
D
Handelsplaatsen in de binnenlanden van Afrika en Azië.

Slide 7 - Quiz

Sleep naar het juiste kant:
Dit is een sleepvraag.
was een oorzaak van
het ontstaan van plantages
de slavenhandel

Slide 8 - Drag question

Wat is een ketter?
A
Iemand die niet gelooft volgens de regels van de Paus.
B
Iemand die gelooft in Allah.
C
Iemand die gelooft in de katholieke kerk.
D
Iemand die niet gelooft in een God.

Slide 9 - Quiz

1
2
3
4
5
Luther schrijft  zijn stellingen met kritiek op de Kerk
Willem van Oranje leidt de strijd tegen Spanje
Paus doet Luther in de ban
Alva komt naar de Nederlanden
Beeldenstorm

Slide 10 - Drag question

Katholiek
Protestants

Slide 11 - Drag question

De verspreiding van het christendom in Europa hoort bij de tijd van....
A
Jagers en boeren
B
Grieken en Romeinen
C
Monniken en ridders
D
Steden en staten

Slide 12 - Quiz

In welk deel van de Nederlanden woonden de...
Protestanten
Katholieken

Slide 13 - Drag question

Wat is hervorming?
A
Het veranderen van iets
B
Iets hetzelfde houden
C
Iets een mooie vorm geven
D
Reorganiseren

Slide 14 - Quiz

Waar had Luther kritiek op?
A
Op het lezen van de bijbel in het Duits.
B
Rol die God speelde in het leven van mensen.
C
Geestelijken die volgens de bijbel leefden.
D
Het verkoop van aflaten.

Slide 15 - Quiz

Wat wilde luther doen met zijn hervormingen?
A
De kerk opheffen
B
de paus afzetten
C
de misstanden rechtzetten
D
En andere kerk stichten

Slide 16 - Quiz

Luther had veel kritiek op de kerk. Waarop had hij GEEN kritiek?
A
de bijbel
B
de paus
C
rijkdom van de kerk
D
vereren van beelden van heiligen

Slide 17 - Quiz

Wat is er na de hervorming anders?
A
De katholieke kerk heeft wat aanpassingen gedaan
B
Er is niks anders geworden
C
De katholieke kerk is gesplitst en er zijn twee stromingen gekomen: protestanten en de katholieken
D
Er is ruzie gekomen dat nooit meer is opgelost.

Slide 18 - Quiz

Katholiek of protestant? Versleep de woorden.
Katholiek
Protestant
Paus
beeldenstorm
dure beelden
kritiek
Maarten Luther
eenvoudige kerk

Slide 19 - Drag question

Filips II
Willem van Oranje
maakt hem stadhouder

Slide 20 - Drag question

Wat is een gewest?
A
Een soort zelfstandige provincie
B
Een provincie in het westen van Nederland
C
Dat zijn de 7 provinciën
D
Een provincie met eigen regels en wetten.

Slide 21 - Quiz

Wat is een stadhouder?
A
Een plaatsvervanger van de koning in een of meer gewesten.
B
Een soort burgemeester
C
Een koning die over een groot rijk heerst.
D
Een soort rechter

Slide 22 - Quiz

Wat is een gewest en hoeveel gewesten waren er in de Nederlanden?
A
een soort provincie ; er waren er 10
B
een soort provincie; er waren er 17
C
een ander woord voor een land; er waren er 17
D
een ander woord voor een land; er waren er 10

Slide 23 - Quiz

Centralisatie
Gewesten
Een centraal bestuur
Zelf belasting heffen
Filips II
Eigen wetten en regels 
ambtenaren 
Eigen munten

Slide 24 - Drag question

De Beeldenstorm was in?
A
1566
B
1568
C
1572
D
1576

Slide 25 - Quiz

Maak de juiste combinaties!
Beeldenstorm
Columbus ontdekt Ameika
1492
1500-1600
1566

Slide 26 - Drag question