Ethisch dilemma (reanimatie)

Ethisch dilemma 
1 / 35
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Ethisch dilemma 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesprogramma
* Begrippen ethiek en moraal
* Verschil tussen normen en waarden
* Moreel/ethische dilemma's
* Beroepscode

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over ethiek?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat is ethiek?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Ethiek
''Nadenken over wat goed en fout handelen is''

Ethiek is onderdeel van filosoferen. Grondlegger: Socrates, Athene (469 v.Chr.)

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

This item has no instructions

Wat zijn waarden?
A
Gedragregels die bepalen wat goed en fout is voor mensen.
B
Dit zijn overtuigingen die belangrijk zijn voor jou als persoon.

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Respect voor ouderen is een...
A
Norm
B
Waarde

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Ouderen aanspreken met 'u'
is een...
A
Norm
B
Waarde

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Norm is stoppen bij rood stoplicht
Waarde  is ....veiligheid

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat is moraal?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Moraal
''Het totaal van waarden en normen dat in de samenleving als vanzelfsprekend aanvaardbaar gedrag wordt gezien.''

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Geef een voorbeeld van een
'ethisch dilemma'

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Aanpak ethisch (zorg-)dilemma
  • Verkennen: wat is er aan de hand? Welke handelingsopties zijn er en wie zijn in deze situatie de betrokkenen?
  • Onderzoeken: wat is de ethische vraag of het dilemma? Welke argumenten (waarden, belangen en principes) zijn hier in het spel?
  • Afwegen: weeg zorgvuldig af waarom je een bepaalde keuze maakt en wat mogelijke gevolgen zijn voor wie. Wat is het gevolg voor de cliënt van jouw handeling of het nalaten daarvan?
  • Besluiten: zoek naar de balans tussen alle (morele) betrokkenen met het oog op goede zorg.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Reanimatie moet een verplicht vak worden op de middelbare school
EENS
ONEENS

Slide 16 - Poll

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

In de ouderenzorg is reanimatie niet nodig
EENS
ONEENS

Slide 18 - Poll

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Als zorgverlener voel ik me (altijd en overal) verplicht om te reanimeren
EENS
ONEENS

Slide 20 - Poll

This item has no instructions

Slide 21 - Video

This item has no instructions

Mag je liegen om iemand zijn leven te redden?
Mag je verkeersregels negeren als je écht haast hebt.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wat is een beroepscode?
A
Aan deze code moet je minimaal voldoen om aan het werk te mogen.
B
Een test waar uit blijkt of je ethisch gezien geschikt bent voor het beroep.
C
Een document met normen en waarden die gelden voor een beroep.
D
Dit is een inlogcode voor alle mensen uit het werkveld maatschappelijke zorg.

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Beroepscode
Beschrijft de (morele) opvattingen van een beroepsgroep
Afgeleid van maatschappelijke waarden
Opgeschreven in de beroepsethische code
Hierin staat hoe je moet handelen in bepaalde situaties



Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Link

This item has no instructions

In de beroepscode staat;
aan waarden:
respect, vertrouwelijkheid, geen schade toebrengen, autonomie en rechtvaardigheid.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Video

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent autonomie?
A
Gelijkheid
B
Onafhankelijk
C
Alleenrecht
D
Gezamenlijk

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Stelling
Autonomie en zelfregie is erg belangrijk, een zorgvrager moet altijd zijn eigen keuzes mogen maken?
Ook als jij dat als professionial deze keuzes niet verstandig vindt?

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Op welke drie niveaus kunnen ethische vragen zich afspelen?

Slide 31 - Open question

This item has no instructions

Beroepsethiek bestaat uit 3 niveaus
  • Relatie tussen zorgverlener en patiënt                         (individuele niveau -> micro)
  • Zorginstellingen en organisaties                                     (organisatie niveau -> meso)
  • De samenleving (samenleving niveau -> macro)

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Wat doe je als een terminaal zieke zorgvrager stiekem zit te roken?
Dit is een ethische vraag op...
A
Organisatie niveau
B
Samenleving niveau
C
Individuele niveau
D
Alles is goed.

Slide 33 - Quiz

Ethischekwesties kunnenopdrieniveaus afspelen:

• microniveau: bij jezelf (individueel)
• mesoniveau: bij kleinere groepen (organisatie niveau)
• macroniveau: bij grote groepen (samenleving)
Huiswerkopdracht
Lees de literatuur "Moraal en Ethiek" tot aan onderwerp Ethische dilemma's in de zorg (pag. 5) en maak voor jezelf lesbrief over "Normen en waarden": leeractiviteit 1 t/m 5 en 8

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Einde les

Slide 35 - Slide

This item has no instructions