thema 2: gevoelens

Neem je smartphone
reageer in onze groep met een smiley

bv. ik ben blij ๐Ÿค— ๐Ÿค— ๐Ÿค— ๐Ÿค— ๐Ÿค— ๐Ÿค—
1 / 37
next
Slide 1: Slide
Nederlands voorHoger onderwijs

This lesson contains 37 slides, with text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Neem je smartphone
reageer in onze groep met een smiley

bv. ik ben blij ๐Ÿค— ๐Ÿค— ๐Ÿค— ๐Ÿค— ๐Ÿค— ๐Ÿค—

Slide 1 - Slide

  ๐Ÿคข ๐Ÿค’ ๐Ÿ˜ช ๐Ÿ˜ท ๐Ÿ‘Ž ๐Ÿฅด

Slide 2 - Slide

het is mooi weer vandaag

Slide 3 - Slide

  ๐ŸŒž๐Ÿฅฐ๐Ÿน

Slide 4 - Slide

Ik heb morgen een belangrijke afspraak

Slide 5 - Slide

 ๐Ÿคฏ ๐Ÿ˜ฌ ๐Ÿ˜ณ ๐Ÿ˜Ž ๐Ÿ˜Š ๐Ÿ™ ๐Ÿคž ๐Ÿ‘€

Slide 6 - Slide

Ik ben mijn portefeuille kwijt.

Slide 7 - Slide

  ๐Ÿ˜ฑ ๐Ÿ˜• ๐Ÿ˜“ ๐Ÿ˜ข ๐Ÿ˜ง ๐Ÿ‘Ž ๐Ÿ˜ก

Slide 8 - Slide

Ik mis mijn familie.

Slide 9 - Slide

 ๐Ÿ˜ž ๐Ÿ˜ญ ๐Ÿ˜ข โ˜น ๐Ÿ‘œ ๐Ÿ™‹โ€โ™€๏ธ ๐Ÿ™‹โ€โ™‚๏ธ

Slide 10 - Slide

De koffiemachine is kapot.

Slide 11 - Slide

 ๐Ÿ˜ฑ ๐Ÿ˜ด ๐Ÿ˜ด ๐Ÿ™„ ๐Ÿ˜  ๐Ÿฅบ ๐Ÿ˜‡ ๐Ÿ˜‚

Slide 12 - Slide

Het is bijna weekend.

Slide 13 - Slide

๐ŸŽ‰๐Ÿก๐Ÿฟ๐ŸŽ‰

Slide 14 - Slide

Het is geen Nederlandse les.

Slide 15 - Slide

 ๐Ÿ˜ญ ๐Ÿ˜ญ ๐Ÿ˜ญ ๐Ÿ˜ญ ๐Ÿ˜ญ ๐Ÿ˜ญ ๐Ÿ˜ญ ๐Ÿ˜ญ ๐Ÿ˜ญ 

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Woede - boosheid
Ik ben boos op .... 


Ik ben boos, want ... 


Ik ben boos als ... 

Slide 18 - Slide

Verdriet
Ik ben triest, want ... 


Ik ben verdrietig als ... 

Slide 19 - Slide

Geluk - vreugde
Ik ben blij voor jou.

Ik ben blij, want ... 

Ik ben blij als ... 

Ik ben gelukkig als ... 

Slide 20 - Slide

Angst
Ik ben bang, want ... 

Ik ben bang van ....

Ik ben bang als ... 

Ik heb schrik, omdat...

Slide 21 - Slide

Afkeer
Ik ben vies van ... 

Ik vind dat niet ... lekker, leuk, mooi, ..

Ik vind dat ... niet lekker, niet leuk, lelijk, stom, saai, ... 

Slide 22 - Slide

Luister naar de lerares
schrijf het nummer van de zin bij de juiste emotie

Slide 23 - Slide

Hoe voel jij je vandaag?
liedje luisteren

Slide 24 - Slide

Hoe voel jij je vandaag?
spreek met je buurvrouw, buurman, collega, vrouw, man ... 

Slide 25 - Slide

- Excuseer, mag ik iets vragen?
- Natuurlijk.
- Hoe voel jij je vandaag?
- Goed. Dankje. En jij?
- Ook goed. Danku.
- Ik voel me gelukkig. 
- Hoezo?
- Ik heb een nieuwe job.
- Oh, dat is leuk voor jou.
- Excuseer, mag ik iets vragen? 
- Natuurlijk.
- Hoe voel jij je vandaag? 
-  Niet goed.
- Wat scheelt er? 
- Mijn auto is kapot.
- Oh, dat is erg voor jou.
- Nee, het komt wel in orde.
- Ja zeker!

Slide 26 - Slide

Oefening thuis
Spreek met iemand uit je buurt.
Neem het gesprek op met Whatsapp.

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Video

Hoe voel jij je vandaag?

Slide 29 - Slide

Ik ben laat gaan slapen.
ik voel me goed.
akkoord of niet?

Slide 30 - Slide

Ik zit helemaal alleen thuis.
ik ben bang.

akkoord of niet?

Slide 31 - Slide

Ik ben in de les Nederlands.
ik heb stress.

akkoord of niet?

Slide 32 - Slide

Ik ben op bezoek bij familie.
Ik ben gelukkig.

akkoord of niet?

Slide 33 - Slide

Het is vakantie.
Ik ben verdrietig.

akkoord of niet?

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Link

Slide 36 - Link

Slide 37 - Video