Paragraaf 1.3 Ontwikkeling in verschillende snelheden

Huiswerk paragraaf 1 + 2
Vragen?
1 / 33
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Huiswerk paragraaf 1 + 2
Vragen?

Slide 1 - Slide

Waar verplaatsten westerse landen hun productie vaak naartoe sinds 1980?
A
Landen waar goedkopere grondstoffen te vinden waren
B
Landen met een hoger inwonersaantal
C
Lagelonenlanden
D
BRICS-landen

Slide 2 - Quiz

Wat bedoelen ze met global shift?

Slide 3 - Open question

Productieketen:
A
De weg die een product aflegt van grondstof tot eindproduct
B
De keten aan grondstoffen die nodig zijn om een product te maken
C
De plekken waar het product allemaal langskomt

Slide 4 - Quiz

Wat zijn kenmerken van een vrijemarkteconomie?

Slide 5 - Open question

Waar dienden de koloniën voor in de periode 1500 -1800?

Slide 6 - Open question

In welk deel van de koloniën waren er weinig Europese invloeden te vinden?

Slide 7 - Open question

Lesdoelen
  1. Het verschil tussen interne en externe oorzaken uitleggen
  2. Interne en externe oorzaken gebruiken om verschillen in welvaart te verklaren
  3. Het begrip landlocked omschrijven en uitleggen wat dit betekent voor de ontwikkelingskansen van een land
  4. Omschrijven wat de Gini-coëfficiënt is
  5. Het verschil tussen een vestigingskolonie en een exploitatiekolonie uitleggen
  6. Uitleggen welke drie factoren meespelen bij de keuze van MNO’s om in een land te investeren

Slide 8 - Slide

Samen lezen 
1.3
- daarna zelfstandig opdrachten maken 1.3 (opdracht 4 hoeft niet)

timer
15:00

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

In welke landen worden hoogwaardige producten geproduceerd?
A
Arme landen
B
Rijke landen

Slide 24 - Quiz

Stel, je bent een CEO en je mag kiezen in welk land je een hoofdkantoor neerzet. Waar let je dan op?

Slide 25 - Open question

Het geboortecijfer neemt wereldwijd
A
Toe
B
Af

Slide 26 - Quiz

In arme landen neemt het geboortecijfer
A
Toe
B
Af

Slide 27 - Quiz

In rijke landen neemt de vergrijzing
A
Toe
B
Af

Slide 28 - Quiz

Welke leeftijdsopbouw is ideaal voor een land?

Slide 29 - Open question

Wat is een belangrijke voorwaarde voor ontwikkeling in een land?

Slide 30 - Open question

Zelfstandig werken
- Opdrachten van paragraaf 1.3 (opdracht 4 hoeft niet)
- klaar? leren voor de toets

Slide 31 - Slide

Lesdoelen
  1. Het verschil tussen interne en externe oorzaken uitleggen
  2. Interne en externe oorzaken gebruiken om verschillen in welvaart te verklaren
  3. Het begrip landlocked omschrijven en uitleggen wat dit betekent voor de ontwikkelingskansen van een land
  4. Omschrijven wat de Gini-coëfficiënt is
  5. Het verschil tussen een vestigingskolonie en een exploitatiekolonie uitleggen
  6. Uitleggen welke drie factoren meespelen bij de keuze van MNO’s om in een land te investeren

Slide 32 - Slide

Huiswerk
- Opdrachten van paragraaf 1.3 (opdracht 4 hoeft niet)

Slide 33 - Slide