Aan elkaar of los? Samenstellingen

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Aan elkaar of los?

Woordsamenstellingen

In alle gevallen moeten de woorden aan elkaar worden geschreven, maar in het laatste geval moet er een koppelteken tussen, vanwege de klinkerbotsing.

Wat is goed?

1. garagedeur
2. garagendeur
3. garage deur
4. garagen deur

Wat is goed?

1. pennedoos
2. pennendoos
3. penne doos
4. pennen doos

Wat is goed?

1. stage plaats
2. stagen plaats
3. stageplaats
4. stagenplaats

Wat is goed?

1. surveillanceronde
2. surveillancenronde
3. surveillance ronde
4. surveillancen ronde

Wat is goed?

1. bureaustoel
2. bureau stoel
3. bureau-stoel

Wat is goed?

1. auto onderdelen
2. auto-onderdelen
3. autoonderdelen

Wat is goed?

1. huize bezitter
2. huizenbezitter
3. huizen bezitter
4. huizebezitter

Heeft een huizenbezitter één huis of meer huizen?

1. Eén huis.
2. Meerdere huizen.
3. Dat weet je niet.

Tips: 

Leer de belangrijkste regels uit je hoofd.

Zoek bij twijfel het woord op in woordenlijst.org.

Waar kun je dit oefenen?

Taalblokken, Grammatica en spelling, 2F of 3F

Onderdeel spelling

2F: § 2.4 Theorie aan de linkerkant (ook uitzonderingen)

3F: § 2.3 Gaat ook over samenstellingen met andere woorden, (voorzetsels, werkwoorden)