Lezen - les 4

Donderdag 25 september 2025
1 / 31
next
Slide 1: Slide
LezenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with text slides.

Items in this lesson

Donderdag 25 september 2025

Slide 1 - Slide

Lesdoel:
De student kan aan het einde van de les een vrij gedicht schrijven.

Slide 2 - Slide

Vorige week?

Slide 3 - Slide

De komende twee periodes:

In totaal 5 opdrachten - verwerken in word document

+ Korte reflectie

Inleveren voor 18 november 23:59

Slide 4 - Slide

Programma

  • Lezen 
  • Opdracht 3: Het vrije vers
  • Aan de slag 

Slide 5 - Slide

Welk boek? Waarom?
Ook een opdracht aan vast (Opdracht 5)

Slide 6 - Slide

Boekensushi

Slide 7 - Slide

timer
15:00
Lezen

Slide 8 - Slide

Wat hebben jullie gelezen?

Slide 9 - Slide

Opdracht 1: Lemma

Slide 10 - Slide

Lemma:
Een lemma betekent eigenlijk gewoon een basiswoord in een woordenboek.
Opdracht 1 Lemma

Slide 11 - Slide

Wat schrijf je exact op?

Het woord zelf – het lemma.
De betekenis – kort en duidelijk uitgelegd.
Een voorbeeldzin – waarin het woord gebruikt wordt.
Eventueel extra info – zoals een uitspraak, vervoeging, of verwante woorden.

Slide 12 - Slide

timer
0:25

Slide 13 - Slide

Opdracht 3: Het vrije vers

Slide 14 - Slide

Brainstorm: woordspin in tweetallen
Bedenk zoveel mogelijk voorwerpen waarin je iets kunt bewaren
timer
5:00
bewaarvoorwerpen
----- luciferdoosje

Slide 15 - Slide

Vragen bij gedicht 'heppie'
1. Waar gaat het gedicht over?
2. Wat voor een gevoel wil de dichter overdragen?
3. Wat klopt er niet aan dit gedicht?
4. Waarom heeft de dichter hier voor gekozen?
5. Dus wat is de meerwaarde?
6. Probeer het gedicht “Heppie” te verbeteren!

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Vragen bij het gedicht:

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Het vrije vers
Gedichten zonder een bepaalde vaste gedichtvorm:
- Geen vast ritme
- Geen vast rijmschema
- Geen vaste lengte

Slide 25 - Slide

Voorbeeld 1: vorm
Ondanks dat we deze tekst niet kunnen lezen, zie je toch direct dat het een gedicht is.
Hoe komt dat? 

Slide 26 - Slide

Voorbeeld 2: met rijm

Slide 27 - Slide

Voorbeeld 3: zonder rijm

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Stappenplan
1. Je kiest een onderwerp uit: bijvoorbeeld: liefde of oorlog.
2. Schrijf zoveel mogelijk woorden op die bij je opkomen als je aan dit onderwerp denkt. ( je moet ze later kunnen uitknippen)




Slide 30 - Slide

Stappenplan
3. Knip de losse woorden uit
4. Zet de woorden in een logische volgorde 
5. Puzzel er nog wat aan, zodat je tevreden bent.
 Je mag er extra woorden aan toevoegen
5. Maak een foto van het eindresultaat en typ vervolgens het vers uit. 

Slide 31 - Slide