Kapitel 4 Mecklenburg-Vorpommern VMBO BK Stunde 9 Klasse 4

1 / 13

Slide 1: Slide

DuitsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Onderwerp

WIE of WAT + gezegde

WIE of WAT doet er wat?

Voorbeeld: Mevrouw de Weerd legt de opdracht uit.

WIE of WAT + gezegde => wie of wat legt uit => Mevrouw de Weerd
WIE of WAT doet er wat? => Mevrouw de Weerd doet wat, namelijk de opdracht uitleggen

Slide 7 - Slide

Lijdend voorwerp

WAT + gezegde + onderwerp

Voorbeeld: Mevrouw de Weerd legt de opdracht uit.

WAT legt mevrouw de Weerd uit? => de opdracht

Je kan het lijdend voorwerp ook vervangen door HEM

Mevrouw de Weerd legt HEM uit. De zin blijft correct.

Slide 8 - Slide

hij/hem-regel

hij

= 1e naamval

= onderwerp bovenste rij (zwart)

hem

= 4e naamval

= lijdend voorwerp onderste rij (rood)

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Kapitel 4 Mecklenburg-Vorpommern VMBO BK Stunde 9 Klasse 4

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

More lessons like this

herhaling grammatica Kapitel 5

persoonlijk voornaamwoorden + o/lv/mv naamvallen M3

3TL periode 2 les 13

3TL periode 2 les 15

3TL periode 1 les 15 en 16

Talent 3.7 Grammatica Meewerkend voorwerp

4T Wiederholung Grammatik

3TL periode 2 les 14