x 1 - PERIODE C - B2Q

• LessonUp
• Primary Education
• Lower Secondary (Key Stage 3)
• Upper Secondary (Key Stage 4)

                          TODAY'S GOALS

- GRAMMAR: THE FUTURE: 4 FUTURE TENSES

- EXERCISES

LET'S LEARN SOME GRAMMAR!

Z

4 FUTURE TENSES

1. WILL / WON'T, SHALL
2. TO BE GOING TO
   
3. PRESENT CONTINUOUS
4. PRESENT SIMPLE 
   

WILL/WON'T

• IETS ZAL IN DE TOEKOMST WEL/NIET GEBEUREN, het is nog niet 100% zeker of je denkt het 
  
• Voorspelling zonder bewijs / niet gepland
• WILL + HELE WERKWOORD
• WON'T + HELE WERKWOORD
• ENKELE VOORBEELDEN:
• I will see you later. / I'll see you later.
• I will not go to the shop. / I won't go to the shop.

SHALL

• VOORSTELLEN/AANBIEDEN (VRAAGVORM)
• 'I'  OF 'WE' = ONDERWERP


• SHALL + HELE WERKWOORD
• ENKELE VOORBEELDEN:
• Shall I open the door for you?
• Shall I pick up you and your sister?
• Shan't is de ontkennende vorm

TO BE GOING TO

• IETS GAAT IN DE TOEKOMST GEBEUREN, je hebt het gepland of staat in je agenda
• VOORSPELLING GEBASEERD OP AANWIJZING


• TO BE GOING + HELE WERKWOORD
• OP DE PLEK VAN 'TO BE' KOMT 'AM', 'ARE', of 'IS' TE     STAAN

VOORBEELDEN

• Look at those clouds! It is going to rain. 
• She is going to have a baby in March.

PRESENT CONTINUOUS

• IETS IS GEORGANISEERD OF AFGESPROKEN en zal binnenkort gebeuren    
• ER STAAT EEN TIJDSBEPALING IN DE ZIN (BIJV.  TOMORROW, NEXT WEEK)


• TO BE + WERKWOORD + ING
• OP DE PLEK VAN 'TO BE' KOMT 'AM', 'ARE', of 'IS' TE   STAAN

VOORBEELDEN

• We are having a party on Saturday.
• I am meeting my friend at the cinema tomorrow.

PRESENT SIMPLE

• DINGEN DIE OP VASTE TIJDEN OF VASTE  SCHEMA'S GAAN GEBEUREN


• HE, SHE, IT + WERKWOORD + S (SHIT-REGEL)

VOORBEELDEN

• The train leaves at 8 o'clock.
• The restaurant opens at 3 o'clock.
• He arrives at work at 9 o'clock. 
• The news starts at 8 o'clock.
• The children go to school at 8:15. 

SAMENVATTING

WILL / WON'T	iets zal in de toekomst gebeuren (spontaan/niet zeker) I will see you later / I think they'll fly to Spain next month
SHALL	voorstel, aanbod in vraagvorm met 'I' of 'we' als onderwerp Shall I open the door for you?
TO BE GOING TO	iets gaat gebeuren plan, voorspelling (er zijn aanwijzingen voor) It is going to rain this afternoon. Look at those clouds.
PRESENT CONTINUOUS	iets is al georganiseerd of afgesproken (= al iets voor geregeld), er staat een tijdsbepaling in de zin We are having a party this Saturday.
PRESENT SIMPLE	vaste tijden, schema's The supermarket opens at 8 o'clock.

OPEN YOUR BOOK

EXERCISE 5

PAGE 184

     

MAKE

EXERCISE 6, 7

PAGE 185

     

HOMEWORK

VOLGENDE LES: VRIJDAG

- (AF)MAKEN: OEFENING 6, 7, PAGE 185

QUESTIONS ANYONE?

   

Y!