8.1 Geluid maken en horen
1 / 43
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Welke geluidsbronnen ken je?
Slide 6 - Mind map
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Welke (drie) dingen heb je nodig om geluid te kunnen horen?
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Vul het ontbrekende woord in.
Een voorwerp dat geluid maakt, noem je een...………………………….
Een voorwerp dat geluid maakt, noem je een...………………………….
Slide 27 - Open question
Vul het ontbrekende woord in.
Als in een geluidsbron trillingen plaatsvinden, dan ontstaat er ……………………….
Als in een geluidsbron trillingen plaatsvinden, dan ontstaat er ……………………….
Slide 28 - Open question
Kruis de geluidsbronnen aan.
A
een radio die aan staat
B
een pratende man
C
een snaar van een gitaar
D
een bliksemschicht die inslaat
Slide 29 - Quiz
Kies onder ieder woord de omschrijving die er het beste bij past.
luidspreker
lucht
microfoon
Geluidsbron
Tussenstof
Ontvanger
Slide 30 - Drag question
Als een luidspreker geluid geeft, beweegt de conus van de luidspreker snel heen en weer. Daardoor ontstaan drukverschillen in de lucht.
Wat gebeurt er met de lucht bij de conus, als de conus naar buiten beweegt?
Wat gebeurt er met de lucht bij de conus, als de conus naar buiten beweegt?
A
De lucht wordt 'verdund'
B
De lucht wordt samengedrukt
Slide 31 - Quiz
Geluidsbron
Tussenstof
Trilling
Vul het ontbrekende woord in.
Je kunt het geluid van een geluidsbron alleen horen
als er een is tussen de geluidsbron
en je oren.
Slide 32 - Drag question
Als een luidspreker geluid geeft, beweegt de conus van de luidspreker snel heen en weer. Daardoor onstaan drukverschillen in de lucht.
Wat gebeurt er met de lucht bij de conus, als de conus naar binnen beweegt?
Wat gebeurt er met de lucht bij de conus, als de conus naar binnen beweegt?
A
De lucht wordt 'verdund'
B
De lucht wordt samengedrukt
Slide 33 - Quiz
Daan kijkt door een raam naar buiten en ziet zijn vriend Jesley. Hij
hoort Jesley fluiten. Geef aan door welke drie tussenstoffen het geluid achtereenvolgens gaat vanaf de mond van Jesley tot aan het oor van Daan.
Het geluid verplaatst zich eerst door dan door
en tenslotte door
Lucht
Lucht
Glas
Slide 34 - Drag question
Eliza zwemt onder water. De badmeester fluit hard op zijn fluit. Eliza hoort de fluit.
Geef aan door welke twee tussenstoffen het geluid achtereenvolgens gaat vanaf de fluit tot aan het oor van Eliza.
Het geluid verplaatst zich eerst door en dan door
.
Water
Lucht
Slide 35 - Drag question
De tijd die geluid nodig heeft om zich te verplaatsen door lucht hangt af van de geluidssnelheid.
Vul de juiste eenheid in bij de geluidssnelheid in lucht.
De geluidssnelheid in lucht is 340
Vul de juiste eenheid in bij de geluidssnelheid in lucht.
De geluidssnelheid in lucht is 340
Slide 36 - Open question
Als het onweert, dan zie je eerst de bliksem. Later hoor je de donder.
Vul de juiste woorden in.
Je ziet de bliksem voordat je de donder hoort, omdat de snelheid van het licht …...……………….de geluidssnelheid.
Vul de juiste woorden in.
Je ziet de bliksem voordat je de donder hoort, omdat de snelheid van het licht …...……………….de geluidssnelheid.
Slide 37 - Open question
De tijd die geluid nodig heeft om zich door lucht te verplaatsen, hangt af van de geluidssnelheid.
Vul de juiste geluidssnelheid in lucht in.
De geluidssnelheid in lucht is ………………..m/s.
Vul de juiste geluidssnelheid in lucht in.
De geluidssnelheid in lucht is ………………..m/s.
Slide 38 - Open question
Als het onweert, dan zie je eerst de bliksem. Later hoor je de donder.
Kruis de juiste bewering aan.
Kruis de juiste bewering aan.
A
De geluidsnelheid en de snelheid van het licht zijn even groot
B
De geluidsnelheid is groter dan de snelheid van het licht.
C
De geluidsnelheid is kleiner dan de snelheid van het licht.
Slide 39 - Quiz
Als geluidsgolven het oor bereiken, dan zal het trommelvlies mee gaan trillen.Vul het juiste woord in.
Als de luchtdruk aan de buitenkant van het trommelvlies groter wordt, dan zal het trommelvlies naar...……………..bewegen.
Als de luchtdruk aan de buitenkant van het trommelvlies groter wordt, dan zal het trommelvlies naar...……………..bewegen.
Slide 40 - Open question
Voordat je een geluid daadwerkelijk hoort, moeten er in je oor een aantal stappen achter elkaar plaatsvinden. Zet de volgende stappen in de juiste volgorde.
Een geluidsbron produceert een geluid.
De luchtdruk buiten je oor verandert.
Je trommelvlies gaat trillen.
Zintuigcellen nemen de beweging waar.
De hersenen ontvangen het signaal.
Je bent je bewust van het geluid: je hoort het geluid.
Slide 41 - Drag question
Als geluidsgolven het oor bereiken, dan zal het trommelvlies mee gaan trillen.
Vul het juiste woord in.
Als de luchtdruk aan de buitenkant van het trommelvlies kleiner wordt, dan zal het trommelvlies naar...…………………...bewegen.
Vul het juiste woord in.
Als de luchtdruk aan de buitenkant van het trommelvlies kleiner wordt, dan zal het trommelvlies naar...…………………...bewegen.
