* welke kenmerken herken je: ALLEMAAL
* voorbeelden:
Aanvoelen van emotie – eerder merken dat Thomas boos is dan hijzelf. Ongemakkelijk voelen als er 'iets niet klopt' bij iemand
Vermoeid na sociaal contact – Eigenlijk kost iedere vorm van sociaal contact me energie: werken, studie, afspreken met vrienden en the worst of all" familiedagen
Versterkte zintuigen – Alle geluiden komen uberhaupt harder binnen; stopcontacten horen, bepaalde materialen waar ik kippenvel van krijg. Misschien ook pijn?
Rust – rust nodig hebben, soms al na alleen naar een drukke supermarkt te zijn geweest. Hierdoor krijg ik minder gedaan op een dag
Detailgericht – soms meer gericht op de kleine dingen dan het grotere geheel, voor 200% inzitten
Gevoeliger – Ik huil veel, om grote en kleine dingen --> versterkte zintuigen, ook gebeurtenissen komen heftiger binnen
Knopen doorhakken; als ik een drukke of volle dag heb gehad kan ik bijvoorbeeld absoluut niet bepalen wat ik wil eten
Gestrest: veel lichamelijke klachten, zoals migraine, paniekaanvallen en stijve schouders
* Rust, regelmaat
Ik ga goed op routines, duidelijkheid en de ruimte om dingen af te zeggen.
stoplicht
* Ik wist het niet, als in ik wist er geen benaming voor. Ik merkte dat ik vooral na lange dagen weinig tot geen energie over had om aan hobby's te besteden en dat ik aftelde totdat het weer vakantie was.
Vooral in drukke periodes (toetsweken bijv) ging ik in overlevingsstand om het te kunnen redden.
Het sociale aspect vond ik ook heel vermoeiend, dit kwam er dan nog bovenop.
* No pressure --> de zwaarte van toetsen en opdrachten eraf --> hierdoor meer de ruimte om op je eigen tempo, op je eigen manier te laten zien dat je de stof goed beheerst.
Stilteruimtes om huiswerk te kunnen maken zonder afleiding, of even op adem te komen
Meer aandacht voor mentale zaken tijdens bijv mentorles --> meer informatie voor jezelf en voor je mentor om grip te krijgen op hoe het met je gaat