Politieke stromingen

Politieke stromingen
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Politieke stromingen

Slide 1 - Slide

Vorige keer?

Slide 2 - Slide

Wat betekend Ministeriële verantwoordelijkheid?
A
De koning is verantwoordelijk voor zijn daden
B
De ministers zijn verantwoordelijk voor de daden van de koning
C
De koning en ministers zijn samen verantwoordelijk voor de daden van de koning
D
De koning en minister zijn samen verantwoordelijk voor de daden van de koning en de ministers

Slide 3 - Quiz

Kan een constitutionele monarchie ook een parlementaire democratie zijn?
A
Nee
B
Ja dat kan maar dat geld niet voor Nederland
C
Ja dat is Nederland vanaf 1848
D
Ja dat is Nederland vanaf 1815

Slide 4 - Quiz

Welke drie machten zijn er gescheiden in de trias politica?
A
Rechterlijke macht, Ordelijke macht, Uitvoerende macht
B
Ordelijke macht, Rechterlijke macht, Wetgevende macht
C
Wetgevende macht, Rechterlijke macht , Uitvoerende macht
D
Ordelijke macht, Wetgevende macht, Uitvoerende macht

Slide 5 - Quiz

Hoe heette het Kiesrecht dat Nederland kreeg in 1848
A
Belastingskiesrecht
B
Algemeen mannen kiesrecht
C
Discuskiesrecht
D
Censuskiesrecht

Slide 6 - Quiz

Politieke Stromingen
Liberalen
Socialisten
Confessionelen

Slide 7 - Slide

Liberalen
  • Rijke burgers, eerste politici
  • Thorbecke
  • Politieke partij: Liberale Unie.
  • Overheid moet zich zo min mogelijk met het land bemoeien, alleen zorgen voor veiligheid. Zeker niet met de economie.

Slide 8 - Slide

Socialisten
  • SDAP
  • Pieter Jelles Troelstra
  • Opkomen voor fabrieksarbeiders.
  • Gelijkheid

Slide 9 - Slide

Confessionelen
  • Twee stromingen: Katholieken en protestanten.
  • Beleid moet zijn volgens christelijke leer.
  • Beiden willen dat overheid ook bijzondere scholen (christelijke scholen) betaald.
  • Beiden zijn tegen socialisten en revolutie.

Slide 10 - Slide

Protestanten
  • Eerste politieke partij van Nederland: ARP (1879).
  • Abraham Kuyper, 
  • Stemmers: "Kleine Luyden": arbeiders die hard werkten: winkeliers, schoolmeesters, boeren.
  • Kuyper wil dat zijn achterban mag stemmen.  

Slide 11 - Slide

Katholieken
  • RKSP & KVP
  • Herman Schaepman
  • Achtergestelde groep (alleen veel katholieken in het Zuiden). Willen zelfde rechten als protestanten.

Slide 12 - Slide

Indeling meningen politieke partijen
- Gelijkheid
- Collectief belang
- Actieve rol overheid

Economische vrijheid
- Individueel belang
- Passieve rol overheid
Links
Rechts

Slide 13 - Slide

Stroming
Groep mensen die hetzelfde idee heeft over de samenleving

Slide 14 - Slide

Ideologie
Groep ideeën over de samenleving die bij elkaar horen

Slide 15 - Slide

Progressief

Veranderingsgezind en vernieuwend.

 Persoonlijke vrijheid is belangrijk bij morele en ethische kwesties.

Slide 16 - Slide

Conservatief

Behoudend en traditioneel. 

Traditionele waarden en normen zijn belangrijk. 

Slide 17 - Slide

Stromingen
Waarde
Socialisme
Sociaaldemocratie
Christendemocratie
Liberalisme
Conservatisme
Vrijheid
Economische vrijheid
Naastenliefde, Gemeenschapszin
Gelijkheid

Slide 18 - Slide

Vul het Schema in 

Slide 19 - Slide