Leerjaar 1 KGT, 8.4 Grafiek bij woordformule + 8.5 Formules met letters

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?
  • Leerdoelen van de les;
  • Huiswerk controle;
  • Herhaling 8.1 & 8.3;
  • Uitleg 8.4 + 8.5;
  • Aan de slag;
  • Afsluiting van de les;
Zorg dat je dit hoofdstuk altijd je rekenmachine, potlood en geodriehoek bij je hebt!

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen van de les
Aan het einde van de les:

  • Benoem je wat een begingetal, stijggetal en daalgetal is;
  • Kun bij een woordformule een tabel invullen + een grafiek tekenen;
  • Kun je rekenen met formules waar letters in voorkomen;
  • Benoem je hoe een letterformule werkt;

Slide 3 - Diapositive

Huiswerk controle
Huiswerk voor deze les:

- 8.2 opdr. 10 t/m 15 (blz. 160 t/m 163) + nakijken
- 8.3 opdr. 18 t/m 22 (Blz. 165 t/m 168) + nakijken

Tijdens het zelfstandig werken kom ik de opdrachten controleren

Slide 4 - Diapositive

Kai gaat op donderdag pizza's bezorgen. Hij krijgt €6,50 als vast bedrag en €8,20 per pizza.
Om zijn inkomsten te berekenen gebruikt hij inkomsten in €
Wat wordt de woordformule om Kai zijn inkomsten te berekenen?
=
+
x
aantal pizza's
Inkomsten in €
€6,50
€8,20

Slide 5 - Question de remorquage

Roos is pakket bezorgster.
Ze bezorgt op dinsdag 27 pakketten. Hoeveel heeft ze verdiend? -> BEREKENING!
Gebruik de formule:
Inkomsten in € = 4,30 + 3,10 x aantal pakketten

Slide 6 - Question ouverte

Welke regelmaat zit er in deze tabel?
Zo ja, wat is de regelmaat?

Slide 7 - Question ouverte

Uitleg 8.4
Uitleg 8.4 -> tekenen

Slide 8 - Diapositive

Zit er in de onderstaande formule een stijggetal of daalgetal?
Aantal liters = 1100 - 90 x tijd in uren
A
stijggetal
B
daalgetal
C
geen van beide

Slide 9 - Quiz

Wat is het begingetal van deze formule?
Inkomsten in € = 1,10 x aantal leveringen + 5,60

Slide 10 - Question ouverte

Vul de tabel verder in met de formule
hoogte in cm = 2 x tijd in uren + 10

Slide 11 - Question ouverte

Uitleg 8.5
Uitleg 8.4 -> tekenen

Slide 12 - Diapositive

Mila werkt bij de IJssalon Janssen. Om haar inkomsten te berekenen, gebruikt ze de formule:
Inkomsten in € = 4,80 + 1,30b
b = aantal bolletjes ijs.
Ze verkoopt op maandag 13 bolletjes ijs. Hoeveel heeft Mila op maandag verdiend? (BEREKENING!)

Slide 13 - Question ouverte

Tess werkt ook bij de IJssalon Janssen. Om haar inkomsten te berekenen, gebruikt ze de formule:
Inkomsten in € = 4,80 + 2,60t
t= tijd in uren
Ze werkt op zaterdag 11 uur. Hoeveel heeft Tess op zaterdag verdiend? (BEREKENING!)

Slide 14 - Question ouverte

Aan de slag




Wat? ->  8.4 opdr. 23 t/m 29 (Blz. 169 t/m 175) & 8.5 opdr. 31 t/m 36 (Blz. 176 t/m 179) + nakijken
Waar? -> In je ruitjesschrift / in je werkboek (dingen invullen)
Wanneer?  -> Deze les. Alles wat niet af is, is huiswerk voor woensdag 21 mei
Wat heb je nodig? -> Pen, potlood, geodriehoek/liniaal en rekenmachine
Klaar? -> Nakijken. Doornemen van 8.6



Niet overleggen, geen vragen             -->
Niet overleggen, wel vragen                -->
Overleg én vragen wel toegestaan    -->

Slide 15 - Diapositive

Afsluiting van de les
Vragen?
Leerdoelen behaald?

Voor de volgende les:
  • Heb je de opdrachten van 8.4 + 8.5 gemaakt + nagekeken;
  • Gaan we aan de slag met 8.6;

Slide 16 - Diapositive