Klokhuis aflevering

Je gaat zometeen kijken naar een aflevering van het Klokhuis. Let goed op! Er worden daarna vragen gesteld over de uitzending. Veel kijkplezier!
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsBasisschoolGroep 6

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositive de texte et 9 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Je gaat zometeen kijken naar een aflevering van het Klokhuis. Let goed op! Er worden daarna vragen gesteld over de uitzending. Veel kijkplezier!

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo

Waar gaat Eva een dag meelopen?
A
Bij de NOS
B
Bij het Jeugdjournaal
C
Bij het avondjournaal
D
Bij het ochtendjournaal

Slide 3 - Quiz

Met wie gaat Eva een dagje meelopen?
A
Jullius
B
Jan
C
Jaap
D
Joris

Slide 4 - Quiz

Hoe laat is het?
A
Half 10
B
11 uur
C
Half 11
D
10 uur

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Vidéo

Hoevaak komt de redactie samen?
A
2 keer per dag
B
Elke dag
C
Elke week
D
Om de dag

Slide 7 - Quiz

Hoe weet het Jeugdjournaal dat het nieuws echt is?
A
Al het nieuws is echt
B
Het is al op TV geweest, dus is het echt nieuws
C
Ze checken verschillende bronnen
D
Dat weten ze niet

Slide 8 - Quiz

Wat gebeurd er met nep-nieuws?
A
Dat bestaat niet
B
Dat komt niet in het Jeugdjournaal
C
Dat wordt gewoon uitgezonden
D
Dat komt op de site

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Vidéo

Waar zorgt de redacteur voor?
A
Die leest het nieuws voor
B
Dat de uitzending gemaakt wordt
C
Dat je het laatste nieuws kunt volgen
D
Die filmt de uitzending

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Vidéo

Waar zorgt de grafische afdeling voor?
A
Maakt de foto's op de website
B
Regelt de tekst voor de uitzending
C
Maakt de afbeeldingen op de schermen
D
Filmt de uitzending

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Vidéo

Waar wordt de uitzending van het Jeugdjournaal gemaakt?
A
Zeeland
B
Den Haag
C
Hilversum
D
Amsterdam

Slide 15 - Quiz

Binnen hoeveel dagen komt het nieuws op TV?
A
Dezelfde dag
B
Binnen een dag
C
Binnen 2 dagen
D
Binnen een week

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Vidéo

Hoe komen de beelden in Hilversum?
A
Via een kabel
B
Door een satelliet
C
Via internet
D
Met speciaal apparatuur

Slide 18 - Quiz

Hoe sturen ze de beelden als het internet het niet doet?
A
Via nood-wifi
B
Via een satelliet
C
Via een kabel
D
Niet, ze rijden terug naar Hilversum

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Vidéo

Waarom moet Joris make-up op?
A
Dat hoeft niet
B
Anders is hij heel bleek
C
Anders glimt hij
D
Dat is mooi

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Vidéo

Wat is een ander woord voor repeteren?
A
Live gaan
B
Uitzenden
C
Acteren
D
Oefenen

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Vidéo