TaalCompleet A2 4.10

• NT2
• ISK

TaalCompleet A2 4.10

90.1 - Joost weet niet hoe de kassa werkt. Merel helpt hem.
Hem =

1. Joost
2. De kassa

90.2 - Merel vertelt. Joost luistert goed naar haar.
Haar =

1. Merel
2. Joost

90.3 - Merel zegt tegen Joost: Deze code is voor jou.
Jou =

1. Merel
2. Joost

90.4 - Merel zegt tegen Joost: 'Deze sleutel is van mij.'
Mij =

1. Merel
2. Joost

90.5 - Joost zegt tegen de klant: 'Ik wens u een fijne dag.'
U =

1. De klant
2. Joost

90.6 - Merel zegt tegen Joost: Sandra en ik weten alles van de kassa. Je kunt vragen stellen aan ons. Ons =

1. Merel en Joost
2. Merel en Sandra

90.7 - Merel ziet de twee vriendinnen de winkel in komen. Ze groet hen.
Hen =

1. Merel
2. De twee vriendinnen

90.8 - Merel zegt tegen haar vriendinnen: 'Wat leuk om jullie te zien!' Jullie =

1. Merel
2. De twee vriendinnen

92.1 - Ik zie

1. hij
2. hem

92.2 - Hij zie ... niet

1. ik
2. mij

92.3 - ... praat met jou.

1. ik
2. mij

92.4 - Ik heb een cadeau voor ...

1. jij
2. jou

92.5 - Dit boek is niet van ...

1. zij
2. haar

92.6 - Dit boek is van ...

1. wij
2. ons

92.7 - ... geeft zijn oom een hand.

1. hij
2. hem

92.8 - Hij groet ...

1. hij
2. hem

92.9 - Mijn broers komen bij ... op bezoek.

1. ik
2. mij

92.10 - Ik geef een kopje thee aan ...

1. zij
2. hen

Zelfstandig werken

Maak opdracht 91 en 93 zelf in je boek. 

Daarna 20 minuten om online verder te werken.

Daarna dictee 4.9. 

1.

2.

3.

4.

5.

6.

7.

8.