Introductie betoog

Introductieles
Mening, feit, argument
Aan de slag met de startopdracht
Pak je leesboek. 
Je leest zelfstandig en in stilte
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 55 min

Éléments de cette leçon

Introductieles
Mening, feit, argument
Aan de slag met de startopdracht
Pak je leesboek. 
Je leest zelfstandig en in stilte

Slide 1 - Diapositive

Vorige periode
Leesvaardigheid
Diatoets: vrijdag 23 mei. iPad mee!
Vandaag
Introductie - Mening, feit en argument
Je kunt meningen, feiten en argumenten herkennen.
Volgende les
Betogende teksten
Leesboek, lesboek Kern, schrift en pen mee.

Slide 2 - Diapositive

Afspraken
  • We gaan respectvol met elkaar om.
  • We luisteren naar elkaar. 
  • Je neemt je spullen mee naar de les.
  • Je maakt je huiswerk.  

Wat moet je meenemen naar Nederlands?
  • Moduleboekje
  • Leesboek
  • Pen en schrift
  • iPad
"De grenzen van mijn taal
zijn de grenzen van 
mijn wereld"
Wittgenstein, filosoof

Slide 3 - Diapositive

Hoe ga je leren?
Weten wat je weet
(Nieuwe) kennis koppelen aan je voorkennis
Oefenen (samen/alleen) onder begeleiding
Zelfstandig en in stilte leren 
Optimaal
Ongestoord
Verantwoordelijk
Veilig
Vriendelijk

Slide 4 - Diapositive

Stel jezelf kort voor met een alliteratie (Stoere Susan). Wat is het laatste boek dat je hebt gelezen?

Slide 5 - Diapositive

Je leert hoe je een overtuigende tekst (betoog) schrijft.
In de lessen leer je over meningen, argumenten en feiten. 
Je leert hoe een betoog eruitziet en hoe je een pakkende inleiding en een passend slot schrijft. 

Slide 6 - Diapositive

Oefenen, oefenen, oefenen!
Je verdiept je individueel of met een tweetal in een stelling. 
Je schrijft een oefenbetoog over deze stelling, waarin je de
theorie toepast. Je geeft elkaar feedback op dit oefenbetoog. 

Slide 7 - Diapositive

Toets: betoog schrijven (indivdiueel)
Je schrijft individueel een betoog over jouw gekozen onderwerp. Je krijgt de artikelen die en het schrijfplan dat je tijdens de les hebt gemaakt terug.  Je krijgt twee volledige lessen de tijd. 

Slide 8 - Diapositive

Van kennen naar kunnen
Wat is het verschil tussen een mening, een argument en een feit
Feit of mening?
a. "Water kookt bij 100 graden Celsius."
b. "Geschiedenis is het leukste vak op school."
c. "Nederland heeft twaalf provincies."
Wat is de mening van de schrijver en welk argument geeft hij hiervoor?
'Scholen zouden later moeten beginnen in de ochtend. Uit onderzoek blijkt dat jongeren beter presteren als ze meer slaap krijgen.'
Lees de stelling. Wat is jouw mening? Geef minimaal 1 argument. 
'Influencers hebben te veel invloed op jongeren.'

Slide 9 - Diapositive

Vorige periode
Leesvaardigheid
Diatoets: vrijdag 23 mei. iPad mee!
Vandaag
Introductie - Mening, feit en argument
Je kunt meningen, feiten en argumenten herkennen.
Volgende les
Betogende teksten
Leesboek, lesboek Kern, schrift en pen mee.

Slide 10 - Diapositive