Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Oefentoets H13 anatomie hormonen
Wat zijn hormonen?
A
Eiwit die zorg voor verbetering van functie van cel processen
B
Chemische boodschapper die een doel cel/orgaan aanzet tot bepaald proces
C
Een Chemische boodschapper die celstofwisseling vertraagd
D
Een eiwit die omgezet word in spiercellen
1 / 24
suivant
Slide 1:
Quiz
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 4
Cette leçon contient
24 diapositives
, avec
quiz interactifs
.
La durée de la leçon est:
60 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Wat zijn hormonen?
A
Eiwit die zorg voor verbetering van functie van cel processen
B
Chemische boodschapper die een doel cel/orgaan aanzet tot bepaald proces
C
Een Chemische boodschapper die celstofwisseling vertraagd
D
Een eiwit die omgezet word in spiercellen
Slide 1 - Quiz
Een endocriene klier is een klier die
A
stoffen afgeeft aan andere organen of huid door middel van een kanaaltje
B
maken speeksel en talg aan
C
Scheiden hun product af aan de bloedbaan
D
kunnen verstoppen
Slide 2 - Quiz
Hersenen
Hypofyse
Hypothalamus
Slide 3 - Question de remorquage
Noem 4 hormonen die door de hypofyse worden gemaakt
Slide 4 - Question ouverte
wat is de functie van het hormoon
FSH
A
Zorgt voor herstel en vervanging van lichaamscellen
B
Stimuleert de aanmaak van melanine in pigmentcellen van de huid
C
Stimuleert de rijping van eicellen in de eierstokken
D
zet de schildklier aan om schildklierhormoon te maken
Slide 5 - Quiz
Wat doet het hormoon
STH?
A
Stimuleert de aanmaak van borstklierweefsel en melkproductie
B
Zorgt voor herstel en vervanging van lichaamscellen
C
Stimuleert de zaadballen voor de productie van testosteron
D
Stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen
Slide 6 - Quiz
Wat doet het hormoon
TSH?
A
Stimuleert de schildklier in zijn functie
B
Stimuleert de bijnieren in hun functie
C
Stimuleert de nieren in hun functie
D
Stimuleert de alvleesklier in zijn functie
Slide 7 - Quiz
NEDERLANDSE NAAM
AFKORTING
bijnierschorsstimulerend hormoon
follikel stimulerend hormoon
Anti diuretisch hormoon
Groei hormoon
ACTH
STH/GH
FSH
ADH
Slide 8 - Question de remorquage
1
De hypothalamus registreert te weinig water in het bloed
de hypothalamus prikkelt de hypofyse om minder ADH aan het bloed af te geven
De hypothalamus prikkelt de hypofyse om meer ADH aan het bloed af te geven
De nieren houden minder water vast
Het ADH stimuleert de nieren om water vast te houden
Het bloed wordt verdund met water en is op een gegeven moment voldoende verdund
Zet onderstaande zinnen in de juiste volgorde door de cijfers op de juiste plek te slepen
2
3
4
5
Slide 9 - Question de remorquage
Juist of onjuist
De schildklier produceert het hormoon Thyroxine
A
Juist
B
Onjuist
Slide 10 - Quiz
Het parathormoon (bijschildklier) is de antagonist van thyroxine
A
Juist
B
onjuist
Slide 11 - Quiz
Wanneer is het hormoon cortisol verhoogd aanwezig in je bloed?
A
Wanneer je teveel suikers hebt gegeten
B
Wanneer je seksueel opgewonden bent
C
wanneer je ernstig ziek bent
D
Alleen wanneer je dit per injectie toedient
Slide 12 - Quiz
De eilandjes van langerhans zijn onderdeel van je lever
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quiz
Welke 2 hormonen worden er aangemaakt in de eilandjes van Langerhans?
Slide 14 - Question ouverte
Insuline zorgt voor opname van suikers in het de cellen en weefsels
A
Juist
B
Onjuist
Slide 15 - Quiz
Het is 11 uur in de ochtend. Je komt bij je cliënt en ziet hem bewusteloos op de grond liggen. Hij is diabeet op insuline. Wat doe je?
A
Je dient glucagon toe en belt 112
B
Je schenkt voorzichtig limonade in zijn mond en belt 112
C
Je start met reanimatie
D
Je dient insuline toe en belt 112
Slide 16 - Quiz
Wat is een nadeel van glucagon
A
Je krijgt er hoofdpijn van
B
Mensen schieten snel in een hyperglycaemie
C
Het is snel uitgewerkt
D
Het heeft geen nadelen
Slide 17 - Quiz
Wat is Renine?
A
Hormoon voor aanmaak van rode bloedcellen
B
Hormoon voor aanmaak van witte bloedcellen
C
Hormoon die maagzuur aanmaak stimuleert
D
Hormoon die bloeddruk verhoging genereerd
Slide 18 - Quiz
Wat is de functie van prostaglandine?
Ze zorgen voor:
A
vaatvernauwing, demping van de koorts en zwelling tijdens een ontsteking
B
bescherming van de maagwand, wekken koorts op, versterken het pijngevoel
C
aanmaak van bloedcellen, verhoogd de hartslag, geeft contractiekracht bij weeën
D
Demping van koorts, verminderen pijnprikkels, beschermen de maagwand
Slide 19 - Quiz
Welk medicijn heeft een negatieve invloed op prostaglandines?
A
Paracetamol
B
Diclofenac
C
Morfine
D
geen van allen
Slide 20 - Quiz
Juist of onjuist:
Histamine is een hormoon die vrijkomt bij beschadiging van weefsel
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quiz
Juist of onjuist:
Histamine zorgt er voor dat je koorts krijgt
A
juist
B
onjuist
Slide 22 - Quiz
Waar speelt oxytocine een belangrijke rol?
A
Bij de borstvoeding
B
Bij het in stand houden van de zwangerschap
C
Bij het kleiner worden van de baarmoeder
D
Bij het ontstaan van weeën
Slide 23 - Quiz
Juist of onjuist
Testosteron is een vrouwelijk geslachtshormoon
A
Juist
B
Onjuist
Slide 24 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Hormonen
November 2022
- Leçon avec
39 diapositives
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 3
Hormonen
March 2025
- Leçon avec
48 diapositives
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 3
thema 5 Regeling
January 2023
- Leçon avec
33 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
thema 5 Regeling
March 2023
- Leçon avec
35 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
thema 5 Regeling
January 2024
- Leçon avec
35 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Regeling en waarneming basisstof 2 BVJ H4
March 2021
- Leçon avec
46 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
thema 5 Regeling_LEM
January 2024
- Leçon avec
21 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
TH5 Regeling - BS 2 Het hormoonstelsel
February 2024
- Leçon avec
49 diapositives
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4