Cursus 5 - Grammatica - paragraaf 7 - voorzetsel

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k, g
• Leerjaar 2

Nederlands week 20

• Op tafel

  -  leesboek 

  -  boek Nederlands blz. 208

  -  pen en schrift   

•  Computer

   - mag nog even in je tas blijven   

• Aan je eigen tafel zitten  

Lezen in je leesboek

Programma deze les

• Huiswerk vorige les nakijken
• Doel van deze les
  
• Voorkennis
  
• Instructie
  
• Aan de slag
  
• Huiswerk volgende week les

Huiswerk nakijken

Huiswerk vorige les: 

Grammatica - paragraaf 6 - werkwoordelijk gezegde - blz. 208

Doel

Ik kan voorzetsels herkennen in een zin.

Voorkennis

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin:

We moeten blijven knokken voor de winst!

Antwoord

moeten blijven knokken

Voorkennis

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin:

Zou jij in Mexico willen wonen?

Antwoord

zou willen wonen

Voorkennis

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin:

Zal het aankomend weekend gaan regenen?

Antwoord

zal gaan regenen

Voorkennis

De vorige les zijn we bezig geweest met het werkwoordelijk gezegde. Hieronder vallen alle werkwoorden in een zin. 

Nu gaan we verder met het voorzetsels. 

Instructie 

VOORZETSEL 

Meestal een kort woord dat een plaats/tijd/reden aangeeft

Voorbeeld:

• Ik ga naar de sportschool.
• Door de regen is er een deel van de weg afgesloten.

Instructie 

VOORZETSEL 

Onthoud dit ezelsbruggetje: ... de kast & ... het feest

Past het? Dan is de kans groot dat je te maken hebt met een voorzetsel.

Instructie 

Onthoud dit ezelsbruggetje: ... de kast & ... het feest

Zijn deze woorden voorzetsels of niet?

Instructie

We kijken samen het instructiefilmpje

apps.noordhoff.nl

Aan de slag

Ga aan de slag met opdracht 1 t/m 5 op bladzijde 210 en 211

Ben je klaar? Kies uit:

- maak de trainer voorzetsel

1, 2 of 3 

- trainers af? Speel mijnenveger op

www.mijnenveger.eu

Huiswerk

Maandag 19 mei:

- maak opdracht 1 t/m 5 op bladzijde 210 en 211