Les 24.2 - herhaling H2 + H6

Herhaling elektriciteit
Lesplanning:
  1. Klassikale herhaling elektriciteit/schakelingen
  2. Gemengde opdrachten H2 maken
  3. Herhaling H6 
  4. Zelfstandig voorbereiden toetsweek
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Herhaling elektriciteit
Lesplanning:
  1. Klassikale herhaling elektriciteit/schakelingen
  2. Gemengde opdrachten H2 maken
  3. Herhaling H6 
  4. Zelfstandig voorbereiden toetsweek

Slide 1 - Diapositive


Onderwerpen van
H1 
Elektriciteit
  • Elektriciteit conceptueel
    - Lading
    - Spanning, stroomsterkte en
       weerstand
  • Schakelingen
  • Weerstand en geleidbaarheid
    - Vervangingsweerstand 
    - Componenten (NTC, PTC, LED, …)
    - Weerstand van een draad
  • Elektrische huisinstallatie
  • Energie en vermogen

Slide 2 - Diapositive


De binas
  • Tabel 2 - voorvoegsels
  • Tabel 4 - grootheden & eenheden
  • Tabel 5 - eenheden
  • Tabel 7a - natuurconstanten
  • Tabel 8 en 9 - soortelijke weerstand
  • Tabel 17b - symbolen componenten
  • Tabel 35d - formules
  • Tabel 36b - oppervlakte cirkel
  • Register

Slide 3 - Diapositive


Spanning, weerstand en stroomsterkte
I=tQ
U=QΔE

Slide 4 - Diapositive


Spanning, weerstand en stroomsterkte
R=IU

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Oefenopgave

Gegeven:
RNTC = 500 Ω
RLED = 50 Ω
Rlampje = 120 Ω

Gevraagd:
  1. Bereken de spanning over het lampje.

  2. Wat gebeurt er met de felheid van het lampje als de temperatuur toeneemt?
Schakeling
timer
5:00

Slide 7 - Diapositive

Oefenopgave:
  1. Bereken de stroomsterkte vanuit de spanningsbron.
  2. Bereken de spanning over weerstand R3.

Klaar:
ga verder met de eindopgaven van §1.7
timer
25:00

Slide 8 - Diapositive

Oefenopgave:
  1. Bereken de stroomsterkte vanuit de spanningsbron.
  2. Bereken de spanning over weerstand R3.

Slide 9 - Diapositive

Kortsluiten
Wat gebeurt er als punt A en B met elkaar worden verbonden door een stuk koperdraad.

Slide 10 - Diapositive

Aan de slag
Gemengde opdrachten H2
(p. 82)
timer
30:00

Slide 11 - Diapositive

Herhaling energie

Slide 12 - Diapositive

Hiernaast zien we het (v,t)-diagram van een remmende motorfiets. De motorfiets met passagier heeft een totale massa van 270 kg.
Bepaal met behulp van het diagram de warmte die is ontstaan tijdens het remmen.
=
Ek,begin
Ez, begin
W
Eveer
Eveer
Q
Ech
Ek,eind
Ez, eind

Slide 13 - Question de remorquage

Een karretje in een achtbaan daalt met verwaarloosbare beginsnelheid af van punt C naar punt D. Punt G bevindt zich 15 meterboven punt D.
Ga na met welke snelheid punt G bereikt wordt. Verwaarloos de wrijvingskracht.
=
+
Ek,D
Ez, C
W
Eveer
Eveer
Q
Ech
Ek,G
Ez, G

Slide 14 - Question de remorquage

Een atleet land na een sprong op een mat.
Hiernaast is de veerkracht van de mat tijdens het neerkomen
en terugveren weergegeven. Hoe bepaal je met behulp van
het diagram hoeveel energie van de atleet geabsorbeerd
is door de mat.
A
Aflezen
B
Oppervlakte
C
Raaklijn

Slide 15 - Quiz

Een goede kogelstoter wil tijdens het stoten over een zo lang mogelijke afstand contact houden met de kogel.
Leg uit waarom dit een goede strategie is.

Slide 16 - Question ouverte

Een auto versnelt vanuit stilstand met een constant vermogen.
Leg uit of de motorkracht tijdens deze beweging
gelijk blijft, groter wordt of kleiner wordt.
Tip
Gebruik een formule met daarin het verband tussen vermogen en kracht.

Slide 17 - Question ouverte

Benzineverbruik
Een auto rijdt 10 seconden lang met een constante snelheid van 130 km/h. De totale weerstand op de auto is 1,66 × 10³ N en de motor van de auto heeft een rendement van 40%. Bereken hoeveel mL benzine er verbrand is.
Gegeven:      t = 10 s
                          v = 130 km/h
                          Fw = 1,66 * 10^3 N
                           η = 40 %
Gevraagd:    V_bezine = ... mL
Fast strategy
Welke denkstappen zet je? Welke formules gebruik je?
timer
5:00

Slide 18 - Diapositive

Scooter
Een motor van een scooter levert een kracht van 300 N over een afstand van 100 meter. De scooter gaat hierbij 5m (verticaal) omhoog. De weerstandskracht bedraagt 100 N. Massa scooter en berijder is 220 kg. Scooter vertrekt vanuit stilstand. 

Bereken de eindsnelheid.

Gegeven:    F_motor = 300 N
                        F_w = 100 N
                         s = 100 m
                         m = 220 kg 
                         v_begin = 0 m/s
                         v _ eind = ?


timer
6:00

Slide 19 - Diapositive

Zelfstandig voorbereiden toets
Gemengde opgaven of 'oefentoetsen'
Tot het einde van de les.

Slide 20 - Diapositive