5.1 klimaat en vegetatiezones deel 2

Landschappen van Europa 





Pak je laptop + aantekeningschrift
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Landschappen van Europa 





Pak je laptop + aantekeningschrift

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Je kunt de zes klimaten van Europa opsommen en omschrijven

Weet wat de aardas betekent en dat dit belangrijk is voor klimaten/seizoenen en dag & nacht




Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
1:00

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Met de toendra worden ... bedoeld?
A
loofbomen
B
palmbomen
C
naaldbomen
D
grassen en lage struiken

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een toendra?
A
Een toendra is een gebied met hoge plantengroei grenzend aan een loofbomen bos
B
Een toendra is een gebied met hoge platengroei grenzend aan een poolgebied
C
Een toendra is een gebied zonder hoge plantengroei grenzend Nederland
D
Een toendra is een gebied zonder hoge plantengroei grenzend aan een poolgebied

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

steppeklimaat
Welk antwoord is juist?
A
Er groeien best veel gewassen daar
B
Er groeien bijna geen gewassen daar
C
Het regent er best vaak
D
Er wonen veel bewoners

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom verschillende klimaten?

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom hebben we verschillende klimaten?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Klimaten verschillen door

  • Breedteligging - dichtbij de evenaar of ver van de evenaar af
  • Dichtbij zee of ver van de zee af
  • Hoogteligging

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Invloed van de zon speelt bij de breedteligging een grote rol. 

Ook de  windrichting in een gebied is van belang.
De invalshoek van de zon en de breedteligging op aarde zijn van invloed op de temperatuur.
Ligt een gebied dicht bij de evenaar, dan ligt het op lage breedte.
De zon schijnt hier loodrecht op aarde => het is warm
Ligt een gebied dichter bij de Noord- of Zuidpool, dan ligt het op hoge breedte. De zon schijnt hier schuin op aarde, moet met dezelfde warmte een groter gebied opwarmen => het is koud.

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Op hoge breedte is het ........ dan op lage breedte
A
Warmer
B
Kouder
C
Even warm
D
Even koud

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Seizoenen

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de reden dat er seizoenen zijn op aarde?
A
Doordat de aarde draait om de zon
B
Door de schuine stand van de aarde om de zon
C
Doordat de aarde om zijn eigen as draait

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zeewind = Aanlandige wind,   
                westenwind in NL

  • zeewater warmt langzaam op, de wind is koel. In de zomer is het daarom koeler aan zee.
  • zeewater koelt langzaam af, de wind brengt warme lucht. In de winter is het warmer aan zee.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we doen?
1. Terugblik op de vorige les
2. Nakijken huiswerk
3. Instructie paragraaf 1 afmaken
4. Toets inzien

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

zeeklimaat


A
Klimaat met koele zomers en strenge winters en het hele jaar door neerslag.
B
Klimaat met koele zomers en zachte winters en het hele jaar door neerslag.

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschil in temperatuur

  • Kustgebieden 
  • Binnenland


Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Klimaten verschillen door

Breedteligging - dichtbij de evenaar of ver van de evenaar af

dichtbij zee of ver van de zee af

Hoogteligging

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoogteligging

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoogteligging gaat over ... ?
A
Hoe hoger je komt des te kouder het wordt
B
Hoe hoger het wordt des te warmer wordt het (want dichterbij de zon)
C
Verder naar het noorden of zuiden wordt het steeds kouder
D
Dichtbij de evenaar is het lekker warm

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom ligt er in Zwitserland vaker sneeuw dan in Nederland?
Waarom ligt er in Finland vaker sneeuw dan in Nederland?
Waarom ligt er in Polen vaker sneeuw dan in Nederland?
Welke temperatuurfactor speelt een rol?
Hoogteligging
Breedteligging
Afstand tot zee

Slide 26 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Huiswerk nakijken
5.1: opdrachten 1 t/m 3

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Je kunt de zes klimaten van Europa opsommen en omschrijven

Weet wat de aardas betekent en dat dit belangrijk is voor klimaten/seizoenen en dag & nacht




Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Vidéo

Laat de leerlingen dit filmpje over klimaatverandering kijken en behandel de volgende vraag:

Wat vind je van al die aandacht voor klimaatverandering? Waarom vind je dat?

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions