Wereldoriëntatie 5/6 - Ik wil meer weten! - Wat is het broeikaseffect?


Ik wil meer weten!
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
WereldoriëntatieBasisschoolGroep 5,6

Cette leçon contient 23 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Introduction

Digibordles

Éléments de cette leçon


Ik wil meer weten!

Slide 1 - Diapositive

Ik kan uitleggen wat het broeikaseffect inhoudt.
Ik kan uitleggen waardoor het broeikaseffect ontstaat.
Ik kan uitleggen wat we (kunnen) doen om het
broeikaseffect tegen te gaan.

Slide 2 - Diapositive

Bekijk de titel van het artikel, maar lees de tekst nog niet.
 
Wat valt op aan de kopjes, de titel en de plaatjes?
Wat is dit voor een tekst denk je?
Hoe ga je deze tekst lezen?
Wat is het doel van de schrijver denk je? Waar zie je dat aan?
Waar denk je dat het over zal gaan, waarom denk je dat?
Wat weet je er al van?



Slide 3 - Diapositive

 Schrijf je vragen op een post-it (één vraag per blaadje) en plak ze op de
vragenmuur.
Heb je vragen als je naar de tekst kijkt? 

Slide 4 - Diapositive

Lees eerst een keer de gehele tekst.

Slide 5 - Diapositive

Woordenschat:
broeikasgassen, CO2, methaan, lachgas, waterdamp, komen van nature voor (van nature voorkomen), kaatst terug  (terugkaatsen), atmosfeer, broeikaseffect, gemiddeld.
De leerkracht doet het voor.

Slide 6 - Diapositive

Woordenschat:
‘stijgt de temperatuur op aarde’,
aanpassen, gletsjers, ijskappen, zee-ijs, zeespiegel,
overstromingen, hittegolven, uitsterven.
We doen het samen!

Slide 7 - Diapositive

Tekstgerichte vragen:
Noem vier voorbeelden van broeikasgassen.
Waar verbranden mensen fossiele brandstoffen?
Welke zeven dingen kan je zelf doen om minder broeikasgassen uit te stoten?
Schrijf deze onder elkaar op.

Schrijf achter alle zeven antwoorden op de groene vraag, waarom dit helpt tegen het broeikaseffect.
Ga jij vanaf nu iets doen om het broeikaseffect tegen te gaan?
Waarom wel/ niet? Wat ga je doen?

Vat met je maatje de rest van de tekst samen en maak de tekstgerichte vragen.

Slide 8 - Diapositive

Facultatief: oefenen van de toetsvraagstelling.
Toetsvraag:
Waarom zijn broeikasgassen zoals CO2 belangrijk voor het leven op aarde?
A. Ze zijn alleen belangrijk voor de groei van planten.
B. Ze houden de warmte van de zon vast, waardoor de aarde warm genoeg blijft voor leven.
C. Ze zorgen ervoor dat de aarde een gemiddelde temperatuur van -18 graden heeft.
D. Ze zorgen ervoor dat geen zonlicht de aarde bereikt.

Slide 9 - Diapositive

Wat heb je deze les geleerd?
Klopte het idee over het doel van de schrijver?
Bespreek de antwoorden op de tekstgerichte vragen en de toetsvraag.

Slide 10 - Diapositive

 Antwoord gevonden op je vraag? Schrijf het antwoord op een andere kleur post-it en plak deze bij de vraag op de vragenmuur.
Zijn er nieuwe vragen ontstaan? 
Schrijf ze op post-its. 

Slide 11 - Diapositive

Tot de 
volgende keer!

Slide 12 - Diapositive

Bekijk de titel van het artikel, maar lees de tekst nog niet.
 
Wat valt op aan de kopjes, de titel en de plaatjes?
Wat is dit voor een tekst denk je?
Hoe ga je deze tekst lezen?
Wat is het doel van de schrijver denk je? Waar zie je dat aan?
Waar denk je dat het over zal gaan, waarom denk je dat?



Slide 13 - Diapositive

timer
2:00
Bedenk drie dingen waar je nieuwsgierig naar bent en hoopt te ontdekken door de tekst te lezen!

Slide 14 - Diapositive

 Schrijf je vragen op een post-it (één vraag per blaadje) en plak ze op de
vragenmuur.
Heb je vragen als je naar de tekst kijkt? 

Slide 15 - Diapositive

Woordenschat:
mode- ontwerper, designer, poseren,
fotografen, paraderen, catwalk, modeshow, ‘draait er haar hand niet voor om’, focussen, ‘op de lijn lopen’.
De leerkracht doet het voor.

Slide 16 - Diapositive

Woordenschat:
het glamoureus bestaan, topmodellen, social media, aandacht, applaus, exclusieve, bijzondere, uitgekomen (uitkomen), fotoshoots, ‘op twee handen tellen’, complimentjes.
We doen het samen.

Slide 17 - Diapositive

Wat voor soort tekst is het?

Slide 18 - Diapositive

Wat is de Diversity Fashion Week?
Wat vindt Romy minder leuk aan modeshows lopen?
Wat vindt Romy allemaal leuk aan model zijn? Noem drie dingen.

Noem alle hobby’s van Romy (of dingen waarvan je denkt dat het een hobby van Romy is)
Zou het modellenleven iets voor jou zijn? Waarom wel of niet?
Ontwerp zelf een kledingstuk voor jezelf of voor
Romy om te dragen op de catwalk.
Lees in tweetallen de tekst verder en bepaal wat je erover wil opschrijven in je aantekeningen. Maak daarna de tekstgerichte vragen hiernaast!

Slide 19 - Diapositive


Facultatief: oefenen van de toetsvraagstelling.
Toetsvraag:
De titel is een quote van Romy uit de tekst. Bedenk
een nieuwe titel voor de tekst.

Slide 20 - Diapositive

Wat heb je deze les geleerd?
Klopte het idee over het doel van de schrijver?
Bespreek de antwoorden op de tekstgerichte vragen en de toetsvraag.

Slide 21 - Diapositive

 Antwoord gevonden op je vraag? Schrijf het antwoord op een andere kleur post-it en plak deze bij de vraag op de vragenmuur.
Zijn er nieuwe vragen ontstaan? 
Schrijf ze op post-its. 

Slide 22 - Diapositive

Tot de 
volgende keer!

Slide 23 - Diapositive

Plus de leçons comme celle-ci