Les 3: Alinea's & kernzinnen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k, mavo
• Leerjaar 3,4

Meer dan lezen

Tekstdoelen

Ga zitten op je plaats

Pak je spullen

Stil lezen

Programma:

• Herhaling vorige les
  
  
• Uitleg alinea's & kernzinnen

• Z.s.

• Nakijken

• Afsluiten

Vorige les:

??

Tekstdoelen

Amuseren -> Vermaak

Informeren -> Informatie geven

Instrueren -> Hoe doe je iets?

Overtuigen -> Overtuigen mening

Activeren -> Dat je iets doet/of niet

Tekstdoelen

Let op! Soms heeft een schrijver ander tekstdoel, dan hij laat voortkomen.

Kunnen/kennen

Kun jij vertellen en aanwijzen wat alinea's zijn.

De kernzin van een alinea bepalen

Alinea's

Een aantal regels die bij elkaar horen omdat ze over hetzelfde (deel)onderwerp gaan.

Onderwerp:

Datgene waar de tekst/zin overgaat. 

Vraag: wie of wat doet iets?

Deelonderwerp:

Klein gedeelte van het gehele onderwerp

Kernzin

De kernzin bevat de belangrijkste informatie van een alinea. Vaak staat deze aan het begin of einde van een alinea.

Kernzin

Hoe helpt de kernzin ons de alinea te begrijpen?

- Bevat de belangrijkste informatie alinea, waardoor je niet de hele alinea hoeft te lezen

- Het biedt structuur

- Hoofdzaken/bijzaken onderscheiden

- Tijdbesparend

Aan de slag met:

• Schrijfopdracht

Hoe? Per papier/laptop

Vragen:

Ik loop door door het lokaal. Vragen mag je alleen stellen als ik bij je ben.

Wat te doen als je wacht/klaar bent:

• Lezen Boek
• Leuke titel verzinnen
• Laten checken door docent: [e-mail]

Voor hoe lang?

Groen: Overleggen met je klasgenoten mag. Heb je vragen? Wacht op de docent, of vraag je klasgenoot.

Oranje: We werken op fluisterniveau, vragen? Wacht op de docent.

Rood: We zijn stil aan het werk. Je vragen mag je op een later moment stellen.

Nakijken

Je kan nu:

• De verschillende tekstdoelen benoemen
• Tekstdoel bepalen
• Alinea's aanwijzen herkennen
• De kernzin bepalen

Op schaal van één tot vijf, hoe goed denk jij het leerdoel te hebben behaald. Eén betekent helemaal niet. Bij vijf beheers je de leerstof perfect!

Na vandaag:

• Kan jij één ding benoemen, die je nog niet wist, maar vandaag hebt geleerd?

De volgende les:

Oefenen 'Meer dan Lezen'.