lundi le 16 juin (H2c-s25)

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Le programme

- huiswerk bespreken

- herhalen signaalwoorden

- woordjes app 2-4 oefenen met blooket

- extra oefenen met imparfait

- lire extra ster **

wat zijn signaalwoorden?

1. woorden die zinnen en alinea's aan elkaar plakken
2. woorden die wat feller gedrukt zijn in een tekst
3. woorden die kopjes van een alinea signaleert
4. je kunt van 2 korte zinnen hiermee 1 zin maken

Vertaal het signaalwoord:
'd'abord'

1. aan boord
2. aangeven
3. ten eerste
4. ten beste

Vertaal het signaalwoord:
ensuite

1. destijds
2. vervolgens
3. totdat
4. uiteindelijk

Vertaal het signaalwoord "dus"

1. Car
2. Donc
3. Parce que
4. D'abord

Welk signaalwoord geeft geen conclusie aan?

1. bref
2. donc
3. finalement
4. aussi

Vertaal het signaalwoord "maar"

1. Mais
2. Aussi
3. Parce que
4. Car

Vertaal het signaalwoord "ook"

1. Jamais
2. Aussi
3. Après
4. Avant

Vertaal het signaalwoord "want"

1. Car
2. Parce que
3. Et
4. De plus

Welk signaalwoord is een tegenstelling?

1. mais
2. pour
3. car
4. alors

Welk verband geeft het onderstreepte signaalwoord aan?

J'apprends l'espagnol car je veux habiter en Espagne.

1. opsomming
2. tijd
3. gevolg
4. reden

Geef het verband aan van het onderstreepte signaalwoord.

D'abord, je fais mes devoirs, puis je joue au foot.

1. reden
2. gevolg
3. doel
4. tijd

Geef het verband aan van het onderstreepte signaalwoord.

J'ai aussi pris des cours de guitare.

1. opsomming
2. reden
3. tegenstelling
4. tijd

Welk signaalwoord kun je NIET gebruiken als opsomming?

1. car
2. ensuite

Welk signaalwoord past?
Je n'aime pas l'école, ______ j'espère c'est bientôt les vacances.

1. donc
2. mais
3. ensuite
4. par contre

Welk signaalwoord past?
Je suis triste, ______ça va.

1. aussi
2. car
3. enfin
4. mais

Welk signaalwoord past?
D'abord on a mangé, ______ on a fait du sport.

1. donc
2. par contre
3. ensuite
4. alors

Kies het passende signaalwoord:
Je reste à la maison ..... il neige.

1. pourtant
2. donc
3. parce qu'
4. par contre

unité 6 apprendre 2-4 FR-NL

Maintenant, aussi les devoirs!

- Lire extra ster 1 maken ster 1 p.123-124

- maken grammaire extra II ex 16G-16I p. 130-131