les 6: SChrijven (KLAAR)

• Ges
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

              Startklaar

• Op je plek zitten 
• Telefoon in het Zakkie 
  
• Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
• Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

Inleiding

Soms moet je tijdens een telefoongesprek op je stage of werk belangrijke informatie onthouden en doorgeven aan iemand anders. 

Je kunt dan tijdens het telefoongesprek een telefoonnotitie maken. 

Op een telefoonnotitie schrijf je de belangrijkste informatie die je moet doorgeven netjes onder elkaar. 

           Leerdoelen

Aan het einde van de les ...

• weet ik wat een telefoonnotitie is.
• kan ik een telefoonnotitie maken met de belangrijkste informatie uit een telefoongesprek.
• kan ik 'gesprekken voeren', 'luisteren' en 'schrijven' combineren bij het maken van een telefoonnotitie.

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

Waar denk je aan bij
een telefoonnotitie?

Wanneer voer jij weleens een telefoongesprek? Je mag meerdere antwoorden geven.

Nooit

Om familie te bellen

Om te kletsen met mijn vrienden

Tijdens mijn werk of stage

Iets anders

Heb je weleens een telefoonnotitie gemaakt?

Ja

Nee

Waarom is het belangrijk om een telefoonnotitie te maken, denk je? Je mag meerdere antwoorden aankruisen.

Dan heb je iets te doen tijdens het bellen

Dan kun je de naam van de beller beter onthouden

Dan kun je een boodschap doorgeven aan iemand anders

Dan kun je het telefoon- nummer van de beller doorgeven

Iets anders

Waarom is het belangrijk om tijdens het telefoongesprek een notitie te maken, en niet daarna?

Instructie

Aan de slag!

Maak in tweetallen opdracht 2 (blz. 208 en 209). 

Kijk goed naar de telefoonnotities en bespreek samen wat lastig te begrijpen is.

Zorg ervoor dat je het kunt uitleggen aan de klas.

Aan de slag!

We bekijken zo het fragment 'Telefoonnotitie maken' op Studiemeter. 

Lees alvast de vraag, zodat je weet waar je op

kunt letten.

Instructie 

Tips voor het invullen van een formulier:

• Lees het formulier eerst helemaal
       » zo weet je precies wat je (waar) moet invullen
• Schrijf netjes
       » gebruik blokletters
• Controleer of je alles goed hebt ingevuld
       » Ben je niets vergeten? Heb je alles op de goede plek ingevuld?
• Onderteken het formulier als dat nodig is
       » Zet een handtekening als erom gevraagd wordt
• Let op de spelling

Aan de slag!

Lees de situatie:

We bekijken zo het fragment 'Telefoonnotitie afvalstation' op Studiemeter. 

Je gaat een telefoonnotitie maken, waarbij je dus belangrijke informatie uit het gesprek noteert. 

Klaar? Vergelijk jullie telefoonnotities.

• Hebben jullie dezelfde informatie opgeschreven?
• Welke verschillen zie je?

Instructie 

Tips voor het invullen van een formulier:

• Lees het formulier eerst helemaal
       » zo weet je precies wat je (waar) moet invullen
• Schrijf netjes
       » gebruik blokletters
• Controleer of je alles goed hebt ingevuld
       » Ben je niets vergeten? Heb je alles op de goede plek ingevuld?
• Onderteken het formulier als dat nodig is
       » Zet een handtekening als erom gevraagd wordt
• Let op de spelling

Aan de slag!

Opdracht 5

We bekijken zo het fragment 'Telefoonnotitie sportschool' op Studiemeter. 

Lees nu eerst de vragen, zodat je weet waar je op kunt letten. 

Opdracht 6

Je wordt gebeld en gebruikt de gesprekskaart medewerker. 

De docent gebruikt de gesprekskaart beller. 

Maak notities tijdens het gesprek. 

   Aan de slag!

Je hebt zojuist een telefoonnotitie gemaakt. 

Vul in de controletabel op bladzijde 214 in hoe dit is gegaan. 

Bedenk ook wat je kunt doen om een volgende keer een nog betere notitie te maken. 

Hoe ging het maken van de telefoonnotitie?

😒🙁😐🙂😃

           Leerdoelen

Aan het einde van de les ...

• weet ik wat een telefoonnotitie is.
• kan ik een telefoonnotitie maken met de belangrijkste informatie uit een telefoongesprek.
• kan ik 'gesprekken voeren', 'luisteren' en 'schrijven' combineren bij het maken van een telefoonnotitie.

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

Eindslide.

Ruimte voor een afsluitend woord.Ruimte voor een afsluitend woord.

              Startklaar

• Op je plek zitten 
• Telefoon in het Zakkie 
  
• Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
• Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

           Leerdoelen

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

           Aan de slag

6. Actieve verwerking

De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen

           Afsluiting

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

           Begrippen
           uit deze les

Titel kan hier geplaatst worden.