Cette leçon contient 56 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 120 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Vidéo
03:42
Je ziet duidelijk twee verschillende manieren om te handelen. Welke pedagogische begrippen kan je in verband brengen met een pedagogisch tactvolle leraar? (denk aan de begrippen uit pedagogische basis)
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
1) Welke verschillen en gelijkenissen ontdek je tussen beide verhalen? Noteer ze! 2) De schooldirecteur en de leerkracht treden pedagogisch tactvol op. Hoe doen ze dit? Welke kenmerken zou je toeschrijven aan het pedagogische tactvol handelen in dit voorbeeld?
Slide 7 - Question ouverte
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Hoe creëer je verbondenheid als leerkracht?
Slide 10 - Question ouverte
Slide 11 - Diapositive
Waar wil je als toekomstig leerkracht het verschil maken?
Slide 12 - Question ouverte
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Jouw favoriete leraar? Formuleer in enkele steekwoorden!
Slide 17 - Carte mentale
Slide 18 - Diapositive
Welke dimensie van ervaringsgerichte leerkrachtstijl herken je ?
A
stimulerend tussenkomen
B
gevoeligheid voor beleving
C
autonome verlenen
Slide 19 - Quiz
Welke dimensie van ervaringsgerichte leerkrachtstijl herken je ?
A
stimulerend tussenkomen
B
gevoeligheid voor beleving
C
autonomie verlenen
Slide 20 - Quiz
Welke dimensie van ervaringsgerichte leerkrachtstijl herken je ?
A
stimulerend tussenkomen
B
gevoeligheid voor beleving
C
autonomie verlenen
Slide 21 - Quiz
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Diapositive
Slide 24 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 25 - Quiz
Slide 26 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 29 - Quiz
Slide 30 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 31 - Quiz
Slide 32 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 33 - Quiz
Slide 34 - Diapositive
Slide 35 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 36 - Quiz
Slide 37 - Diapositive
Slide 38 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 39 - Quiz
Slide 40 - Diapositive
Slide 41 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 42 - Quiz
Slide 43 - Diapositive
Slide 44 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 45 - Quiz
Slide 46 - Diapositive
Slide 47 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 48 - Quiz
Slide 49 - Diapositive
Slide 50 - Diapositive
Welke dimensie herken je in dit voorbeeld? Gaat het hier over een positieve of negatieve interactie?
A
Stimulerend tussenkomen (+/-)
B
Gevoeligheid voor beleving (+/-)
C
Autonomie verlenen (+/-)
Slide 51 - Quiz
Slide 52 - Diapositive
Slide 53 - Diapositive
Beoordeel de leerkrachtstijl van juf Maud a.d.h.v. de drie stijldimensies.
Slide 54 - Question ouverte
Beoordeel de leerkrachtstijl van juf Silvie a.d.h.v. de drie stijldimensies.