Oefentoets SE: Th 5 stevigheid & beweging + 7 duurzaam leven

Thema 7 Duurzaam leven
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Thema 7 Duurzaam leven

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Op welke manieren gebruikt de mens het milieu?
A
Voor zuurstof, water, voedsel, energie en grondstoffen
B
Voor recreatie
C
A en B zijn beide onjuist
D
A en B zijn beide juist

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De mens is van het milieu afhankelijk, onder andere doordat het milieu grondstoffen en zuurstof levert.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Tegenwoordig veroorzaken de activiteiten van de mens vaak milieuproblemen. Dit ontstaat doordat de mens stoffen aan het milieu toevoegt die leiden tot vervuiling of doordat er zoveel stoffen worden ontrokken worden dat er sprake is van uitputting. Door vervuiling en uitputting vindt aantasting van het milieu plaats. 
milieuproblemen
aantasting
uitputting
vervuiling

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat is
"het klimaat"?

A
Het verschil tussen zomer en winter
B
De temperatuur en regenval over een lange periode
C
Het verschil van temperatuur tussen dag en nacht

Slide 5 - Quiz

Antwoord is D, lange periode
A en C zijn variaties in korte periode, het gaat over het weer
B klimaat en weer zijn de condities van de atmosfeer. CO2 beïnvloedt het klimaat.

NB: Wat is atmosfeer??
Simpel gezegd is de atmosfeer de “lucht om de aarde die de aarde scheidt van de ruimte”.

Hoe beïnvloedt de
mens het klimaat?
Meer antwoorden
zijn goed.
A
Door te fietsen en door windenergie te gebruiken
B
Door zeespiegelstijging en bloemen te plukken
C
Door CO2 en andere broeikasgassen uit te stoten
D
Door lava en gas uit te stoten

Slide 6 - Quiz

Antwoorden zijn A en C
A – door te fietsen en windenergie te gebruiken hebben we een positieve invloed op het klimaat
B – zeespiegelstijging is een gevolg van klimaatverandering (het wordt warmer, en daardoor smelten bijvoorbeeld gletsjers), bloemen plukken heeft niet echt effect (bomen kappen wel)
D – dit doet een volkaan, niet te mens

Wat kun je beter niet doen als je duurzaam probeert te leven?
A
Reizen met het vliegtuig
B
Minder nieuwe kleren kopen
C
Korter douchen
D
Verwarming lager zetten

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Vormen van duurzame energie zijn: energie uit biomassa, energie uit waterkracht en windenergie.
Welke vormen van duurzame energie worden in Nederland vooral gebruikt?
A
Energie uit biomassa en energie uit waterkracht.
B
Energie uit biomassa en windenergie.
C
Energie uit waterkracht en windenergie.

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom noemen we windenergie en zonne-energie "duurzame energie"?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Het broeikaseffect is het opsluiten van hitte in de atmosfeer. Wat is niet waar over het broeikaseffect?
A
Door het broeikaseffect blijft de temperatuur stijgen waardoor er in de toekomst geen winters meer zijn
B
De hitte wordt opgesloten door broeikasgassen; met name C02 en de damp van H2O
C
Zonder het broeikaseffect zou er geen leven op aarde mogelijk zijn
D
Mensen voegen teveel kooldioxide aan de atmosfeer toe waardoor de temperatuur blijft stijgen

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het broeikaseffect is goed en het versterkte broeikaseffect is slecht!
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

het broeikaseffect wordt veroorzaakt door....
A
koolstofdioxide
B
zwaveldioxide
C
stikstofoxiden
D
raketbrandstof

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Het afval in de afbeelding is ........afval.
A
biologisch afbreekbaar
B
niet biologisch afbreekbaar

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Afval dat door bacteriën en schimmels kan worden afgebroken, is ..........afval.
A
biologisch afbreekbaar afval
B
niet biologisch afbreekbaar afval
C
Zowel biologisch als niet biologisch afbreekbaar

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Groen afval
plastic afval
Klein chemisch Afval
Glas afval
rest afval
Soorten afval

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions