Wees een held. Wees jezelf.
Paarse Vrijdag 2025
Bezoek de website
menu
Start
Primaire Onderwijs
Voorgezet onderwijs
Zoeken
Over
lesplan

KONINGSPINGUÏN QUINN

Wil je met dit lesplan aan de slag? Klik op de knop hieronder om een eigen kopie te maken in 'Mijn Lessen'. Vervolgens kun je de lessen aanpassen naar jouw wensen.

In deze les ontdekken leerlingen via het verhaal van Quinn de koningspinguïn dat elke familie uniek is, maar ook verbonden wordt door bepaalde kenmerken zoals taal, uiterlijkheden of vaardigheden.
Na het voorlezen en bespreken van het prentenboek volgt een luisterspel of een creatieve 
verwerkingsopdracht. In deze verwerkingsopdracht tekenen leerlingen hun unieke familie én hun unieke zelf. Want ondanks dat we allemaal op elkaar lijken, is iedereen uniek. Sluit de les af door terug te blikken op wat leerlingen gemaakt hebben en waarom. Wat maakt hun gezin en
zichzelf zo uniek of bijzonder?

Over deze les

Kerndoelen
→ Oriëntatie op jezelf en de wereld: 34, 37, 38
→ Nederlands: 1, 2, 3
→ Kunstzinnige oriëntatie: 54, 55
→ Concept Burgerschap: 1, 2, 3, 4, 6

In deze Les 
→ ontdekken leerlingen dat iedereen uniek is, ook als je op elkaar lijkt;
→ ervaren leerlingen dat families op verschillende manieren met elkaar verbonden kunnen zijn;
→ kunnen leerlingen twee of meerdere gezinnen met elkaar vergelijken;
→ tekenen leerlingen dat wat hun gezin uniek maakt.

Benodigdheden en voorbereiding

→ Prentenboek ‘Koningspinguïn Quinn’ (onderdeel van het Paarse Vrijdag Educatiepakket)
→ Materiaal om een tekening te maken
→ Lees het prentenboek ‘Koningspinguïn Quinn’
→ Bereid vragen voor om het gesprek over familiediversiteit te stimuleren.

Start les (10 min) 

Voer een kort onderwijsleergesprek
→ Bespreek de volgende vragen
           → Ben jij wel eens iemand kwijtgeraakt die met jou mee                        was, op een drukke plek?
           → Hoe heb je elkaar toen weer teruggevonden?
→ Vertel dat bij veel pinguïnsoorten er verschillende liefdeskoppetjes zijn. Pinguïnvrouwtjes kunnen verliefd zijn op pinguïnvrouwtjes. Mannetjes kunnen verliefd zijn op mannetjes. En een mannetje kan verliefd zijn op een vrouwtje.
→ Introduceer het prentenboek: Koningspinguïn Quinn is verliefd op Pip, maar Quinn is Pip kwijtgeraakt. Hoe zou Quinn, Pip nou terugvinden?
→ Laat leerlingen alvast nadenken over deze vraag en ideeën benoemen.

Lezen (10 min)

→ Lees het prentenboek ‘Koningspinguïn Quinn’ voor
→ Bespreek daarna de volgende vragen:
           → Pinguïns lijken erg op elkaar, hoe heeft Quinn, Pip weer
                teruggevonden?
           → Hoe wist Quinn dat het Pip was?
           → Quinn en Pip spreken een eigen taal: ‘Pliewap’. Sommige                  gezinnen spreken meerdere talen thuis en spreken naast                  Nederlands nog een taal. Wie spreekt naast Nederlands                    nog een taal? Hoe klinkt dat? Wie wil er iets in die taal                        wat zeggen?

Verwerkings-opdracht (20 min)

TIP: VARIATIE IN HET LESGEVEN Je kan de ver- werkingsopdracht voor een ander dag bewaren. Het luisterspel is ook erg geschikt om aan het einde van de dag nog te doen.
Voor de verwerkingsopdracht kun je kiezen uit twee opties:
→ Een luisterspel: hier leren leerlingen goed te luisteren.
→ Creatieve opdracht: hier reflecteren leerlingen op wat hun familie
uniek maakt en wat hen verbindt.

Optie 1: Luisterspel

Er zijn twee soorten luisterspellen:
→ Variant A: Alle leerlingen zitten in een kring. Eén leerling krijgt de rol
van Quinn wordt geblinddoekt of moet de ogen dichthouden en staat
midden in de kring. Een andere leerling krijgt nu de rol van Pip. Pip
kruipt ergens in de kring en roept af en toe: Pliewap! Pip mag zich
langzaam en kruipend voortbewegen. Door goed te luisteren, moet
Quinn Pip proberen te tikken.

→ Variant B: Wederom krijg één leerling de rol van Quinn. Quinn moet
even op de gang staan. Dan krijgt een andere leerling de rol van
Pip. Pip verstopt zich in de klas. Als Quinn binnenkomt, maakt Pip
een geluid (een zelf bedacht woord of een gek geluidje). Quinn mag
raden waar het geluid vandaan komt. De andere kinderen zijn zo stil
mogelijk. Weet Quinn te ontdekken wie Pip is en waar Pip zit?

Je kunt dit luisterspel een aantal keren doen zodat meerdere leerlingen
de rol van Pip en Quinn kunnen spelen.

Optie 2: Creatieve opdracht - tekenen

→ Vraag leerlingen nogmaals hoe Quinn en Pip elkaar vonden, namelijk door taal: Pliewap. Ondanks dat alle pinguïns erg op elkaar lijken, vonden Quinn en Pip elkaar terug door de taal.
→ Zeg dat sommige leerlingen meerdere talen spreken. Leg uit dat taal helpt elkaar te verstaan en begrijpen. Als je je eigen taal hoort tussen andere talen, dan weet je: daar hoor ik bij.
→ Laat leerlingen hun familie tekenen: wie hoort erbij? Wat maakt hen bijzonder en fijn? Wat doen jullie graag samen? Wat zijn de dingen die écht bij jouw familie horen? Waar ben je trots op?

Nabespreking (10 min)

Optie 2: Creatieve opdracht - tekenen
Indien er gekozen is voor de creatieve verwerkingsopdracht:
Laat (enkele) leerlingen vertellen wat ze getekend hebben en waarom. Of kies er voor om alle tekeningen op te hagen en de leerlingen te laten raden van wie ze zijn. Hoe herkennen ze het gezin en de leerling?