Economie voor vmbo
lessen voor de dagelijkse praktijk

Inkomstenbelasting BOX 3

BELASTING OVER JE SPAARGELD

BOX 3
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Introductie

Je kunt uitleggen wat box 3 inhoudt. Je kunt uitleggen wat heffingskorting is. Je kunt de inkomstenbelasting berekenen.

Onderdelen in deze les

BELASTING OVER JE SPAARGELD

BOX 3

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat box 3 inhoudt.
Je kunt uitleggen wat heffingskorting is.
Je kunt de inkomstenbelasting berekenen.

Slide 2 - Tekstslide

Inkomstenbelasting
Iedereen moet over zijn inkomen inkomstenbelasting betalen. Na afloop van een jaar krijg je via MijnOverheid.nl bericht dat je aangifte van je inkomsten moet doen.

Na aangifte krijg je een aanslag, hierin staat wat je aan inkomstenbelasting verschuldigd bent.

Slide 3 - Tekstslide

Boxen
Er wordt onderscheidt gemaakt tussen verschillende soorten inkomens, deze zijn onderverdeeld in boxen.

BOX 1: belasting over inkomen uit werk en eigen woning
BOX 2: belasting over aanmerkelijk belang, hoef je niet te kennen
BOX 3: belasting over inkomen uit vermogen

Slide 4 - Tekstslide

Box 3
Belasting over inkomsten uit vermogen, zoals spaargeld en beleggingen. Deze inkomstenbelasting in box noem je ook wel vermogensrendementsheffing. Bij deze belasting doet de overheid alsof je per jaar verdient aan rente met je spaargeld of winst op je belegging. Dit noem je fictief rendement.

Het eerste deel van je spaargeld is belastingvrij, dit heet heffingsvrij vermogen.

Slide 5 - Tekstslide

Boven de € 25.000 spaargeld rekent de belastingdienst met een fictief rendement van 2,6% (tot € 100.000, daarboven gelden andere percentages) . Over het fictief rendement betaal je 30% belasting.

Slide 6 - Tekstslide

Teije en Inge hebben samen € 31.500 spaargeld en € 34.640 aan beleggingen. Voor hen samen is het heffingsvrij vermogen € 50.000.

Bereken de belasting in box 3 voor Teije en Inge. Gebruik de gegevens uit de vorige slide.

Slide 7 - Open vraag

Wat heb je geleerd?

Slide 8 - Tekstslide

Leon heeft 50.000 euro aan vermogen. Voor hem geldt het heffingsvrije vermogen € 25.000.
Hoeveel belasting moet Leon betalen in box 3? Reken met een fictief rendement van 2,6%, en een belastingpercentage van 30%

Slide 9 - Open vraag

Soraya en Wilson hebben € 31.600 aan spaargeld en € 24.800 aan beleggingen. het heffingsvrij vermogen is € 25.000 per persoon.
Het fictief rendement is 2,6%. De belasting hierover is 30%.

Bereken het bedrag dat Soraya en Wilson in box 3 moeten betalen.

Slide 10 - Open vraag

Guido heeft € 68.000 aan spaargeld.
Er geld een heffingsvrij vermogen van € 50.000. Over de rest van zijn spaargeld betaalt hij over het fictieve rendement van 1,9% belasting: 31%.
Bereken de vermogensrendementsheffing die hij in box 3 moet betalen.

Slide 11 - Open vraag

extra uitleg

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video